‘Bach heeft de orgelsonates op papier gezet voor zijn oudste zoon Wilhelm Friedemann, zodat deze zich kon bekwamen om de grote organist te worden die hij later ook geworden is’, schrijft Johann Nikolaus Forkel in zijn Bach-biografie (1802). Forkel wordt tot op de dag van vandaag serieus genomen, omdat hij veel informatie over Bach verzamelde in direct contact met diens zonen Carl Philip Emanuel en Wilhelm Friedemann. Sinds Forkels opmerking over de triosonates hebben velen ze dan ook beschouwd als studiestukken.
Een link tussen Bachs geschreven muziek en pedagogiek is niet vreemd. De beide boeken van het Wohltemperierte Klavier lijken te zijn ontstaan in Bachs lespraktijk. Bach geeft zijn eerste (beoogde) bundel orgelmuziek – het Orgelboekje – een motto mee in de zin van: ‘Om de hoogste God te eren, en om mijn naaste iets te laten leren’. En later publiceert hij muziek voor toetsen in verschillende boeken onder de titel ‘Clavierübung’.
Triosonates als oefenstukken?
Toch heb ik persoonlijk nogal wat aarzeling om de triosonates te zien als oefenstukken. De bundel laat niets zien van een pedagogische opbouw, of ook maar iets van diversiteit. Het is juist een uitgebalanceerde bundel van zes stukken op topniveau in het zelfde genre.
Zulke bundels met zes topstukken zijn er meer in Bachs oeuvre: de Schübler-koralen, de Franse en Engelse suites, de sonaten en partita’s voor viool, de cello suites en zelfs de Brandenburgse Concerten. Als er al wat pedagogisch schuilt in deze bundels, dan is het vooral dat hier absoluut meesterschap wordt geëtaleerd.
Mendelssohn en Bach
Felix Mendelssohn-Bartholdy dacht daar toch anders over. Als hij van een Engelse uitgever het verzoek krijgt een paar voluntaries voor orgel te schrijven, laat hij zich door Bachs sonaten inspireren. Hij componeert zelf ook zes sonates, nadrukkelijk bedoeld als ‘a kind of organ school’ zoals hij zelf aan zijn uitgever schrijft.
Hans-Eberhard Roß liet zich door dit gegeven inspireren om een mooie dubbel-cd te maken. Hij speelt de sonates van Bach en Mendelssohn afwisselend achter elkaar op ‘zijn’ orgel in de Sankt Martin in Memmingen. Persoonlijk vond ik het een prettige luisterervaring om steeds een eeuw heen en weer geslingerd te worden. De interpretatie van Roß en de klank van het Goll-orgel maken het programma wel degelijk tot één geheel.
Het lijkt erop dat Roß bezig is met een serie meesterwerken in Memmingen. Eerder nam hij de orgelwerken van César Franck en de symfonieën van Louis Vierne op. Of een modern allround orgel het ideale instrument is om ook Bach of Mendelssohn op te vertolken kun je natuurlijk betwijfelen, maar je kunt de vraag ook omdraaien. Als bespeler van zo’n instrument wil je een interessant programma neerzetten.
Verzorgd
Hans-Eberhard speelt zeer verzorgd. De tempi zijn wat aan de hoge kant (vooral bij Mendelssohn), maar dat is gezien de vrij directe akoestiek niet storend. In de triosonates laat Roß fijnzinnige registraties horen, alleen wordt de pedaalpartij steevast met een of meer achtvoets labialen gespeeld. Ik vermoed dat daar een dogma meespeelt. In het tekstboekje geeft Hans-Eberhard toelichting op zijn interpretatiekeuzes, maar dat gaat alleen over zaken als bij-registreren of een stukje uitkomend spelen in de Mendelssohn sonates.
Een enkele keer is er een aangename verrassing, zoals bijvoorbeeld de fraaie cadens aan het slot van het middendeel van triosonate 4. Een andere keer moest ik juist even fronsen, zoals bij de fraseringen in het openingsdeel van triosonate 6, die opzichtig afwijken van de bogen die Bach zelf plaatste.
Ook het cd-boekje is verzorgd met informatie over het programma, het orgel en de interpretatiekeuzes. De liefhebbers kunnen zelfs op de site van de uitgever een excelsheet met alle registraties downloaden.
A kind of organ school. Bach | Mendelssohn: The Organ Sonatas
Bach: Sonates BWV 525-530; Mendelssohn: 6 Orgelsonates, Op. 65
Hans-Eberhard Roß, Goll-orgel, Sankt Martin, Memmingen (D)
Audite – 23.447, 2 CD, TT 68’58 en 72’29, opname 06/2020, booklet 24 p. D/E, prijs €26,99 | audite.de