Bij de interpretatie van oude meesters zal er altijd een boeiende strijd blijven tussen rekkelijken en preciezen. Mag Bach op een piano, of is een Steinway een ‘zwart monster’ (citaat!)? Francks registratieaanwijzingen respecteren of adapteren? In de achterliggende decennia zijn er allerlei termen gemunt om woorden te geven aan het streven naar een uitvoering waarbij de componist zelf zou stralen: van ‘authentiek’, ‘historisch verantwoord’, ‘historisch gedocumenteerd’ tot, meer recent en ook meer bescheiden, ‘historisch geïnformeerd’.
Recent onderzoek heeft wellicht nieuw licht geworpen op Francks tempi en op zijn registraties. Franck mag misschien wat virtuozer en het gekozen klankkleurenpalet hoeft niet te vallen binnen de marges van zijn orgel in de Ste. Clotilde. Daarmee wordt Franck minder eenkennig en universeler. Het is frappant dat onderzoekresultaten samen lijken te vallen met de smaak van onze tijd. Hoe Franck zelf zijn Chorals zou hebben gespeeld zal wel altijd een vraag blijven. Zou hebben gespeeld, want hij heeft ze zelf nooit meer op orgel uit kunnen voeren. Wel op zijn piano; een student verzorgde dan de pedaalpartij. D’Indy beschrijft hoe de zieke Franck in zijn laatste dagen zich naar de orgeltribune van La Basilique Sainte-Clotilde liet geleiden om daar enkele registraties uit te proberen.
Wie iets wil horen van de wereld van Franck, kan misschien toch wel het beste terecht bij de werkelijk authentieke opname van Charles Tournemire uit 1930/1931. Tournemire speelt op het nog tamelijk ongeschonden orgel van Franck (de dispositie werd al in 1939 op aanwijzingen van Tournemire gewijzigd) onder andere Pastorale, Cantabile en Choral III op onnavolgbare wijze – alsof hij zelf aan het improviseren is! – (Arbiter 156, 2008). Discussies over tempi en rubato verdampen dan.
Organist en musicoloog Hammond speelt Franck en Widor op het orgel van Coventry Cathedral. Coventry is een versteende hermeneutiek van het verleden. De oude St. Michaëlskathedraal werd in de Tweede Wereldoorlog op 14 november 1940 gebombardeerd. De morgen na het bombardement besloot men de kathedraal als een teken van hoop te laten herrijzen. De nieuwe, in 1956 geopende kathedraal staat in een spannende verhouding tot hetgeen overbleef van de oude kathedraal. Het orgel is gebouwd door Harrison & Harrison. Ook dit instrument slaat een brug: van een romantisch Engels kathedraalorgel naar een modern Brits orgel met continentale invloeden.
Hammond zet een verzorgde en gelukkig niet over-virtuoze Franck neer. Widor op zo’n Engelse reus gedijt wel. Piet Kee heeft eens gezegd dat Franck spelen in de oude Haarlemse Bavo was als het drinken van Beaujolais uit een jeneverglas. Franck in Coventry spelen is als Beaujolais drinken uit zo’n glas waar toch echt een pint lauwe lager in moet. Ondanks Hammonds integere pogingen vind ik het resultaat niet echt overtuigend. Ik mis de poëzie, mystiek en verfijning van een orgel als de Cavaillé-Coll uit Caen. Hammonds improvisaties – een huldebetoon aan Franck en Widor – hebben veel lof geoogst. Dit is een dubbel-cd voor wie de grote Franse meesters eens anders wil horen en voor wie de kathedrale sound van improvisaties die herinneren aan deze meesters in de prachtige akoestiek van Coventry Cathedral kan waarderen.
Anthony Hammond at Coventry Cathedral
French Organ Masterworks and Improvisations
Trois Chorals pour Grand Orgue (Franck); Symphonie V en Fa pour Orgue op. 42 no. 5 (Widor); Hommage à Widor: Symphonie improvisée, Hommage à Franck: Choral, Prelude on The Coventry Carol, Figuers at a Crucifixion: Three Studies after a Work by Francis Bacon (Hammond)
Label: Raven
Nummer: OAR-961 (2CD)
Speelduur: 76’19 + 73’36
Booklet: 12 pagina’s (EN)
Prijs: $ 15,98 (ca. € 14)