‘Een Bach die staat als een huis’. ‘Een indrukwekkende cd’. ‘Maximaal aantal sterren behaald [5]’. ‘Een adembenemende luisterervaring’. De Bach-cd’s die Jolanda Zwoferink maakte op het Silbermann-orgel (1750-55) van de Hofkirche in Dresden zijn lovend besproken. Dit jaar is haar derde Bach-cd verschenen. Het is een schijfje waarop eveneens fraaie dingen gebeuren. Desalniettemin vraag ik me af of het niet nog mooier kan…
Opmerkelijk zijn Zwoferinks Bach-cd’s zeker: in haar vertolkingen volgt ze namelijk niet de mode van de authentieke uitvoeringspraktijk, maar de inzichten van de Franse, romantische orgelschool, vooral die van Marcel Dupré. In een vraaggesprek met het Reformatorisch Dagblad vertelt ze hierover: ‘Het uitgangspunt is het legato-, het gebonden spel. Elke noot leg ik op de zeef. Bij iedere noot noteer ik de gewenste articulatie en speel vervolgens consequent volgens de gekozen manier.’
Dankzij deze aanpak zijn er ook op deze derde cd beslist fraaie dingen te horen. Koraalbewerkingen als An Wasserflüssen Babylon en Schmücke dich klinken zo soepel en verstild dat je het inderdaad ‘indrukwekkend’ kunt noemen. De grote Fuga’s in d en in Es worden met fraaie ‘Dupré-articulaties’ ten gehore gebracht zodat ze inderdaad ‘staan als een huis’. En de derde Triosonate is een feest der herkenning: het lijkt hier wel alsof Helmut Walcha achter de klavieren zit !
Toch kan de cd mij niet geheel bekoren. Ligt het aan de opname – of aan de klank die Zwoferink, dankzij haar legatospel uit de Silbermann haalt? In elk geval klinkt het kolossale instrument soms wat log: vooral wanneer de gravitätische Principalbaß (?) (in An Wasserflüssen) of de grommende Posaunbaß (in de Dorische Toccata) achter de klank aansloft. Bovendien zijn er, ook weer op deze cd, merkwaardige registraties te horen. Het eerste deel van de derde Triosonate bijvoorbeeld wordt gespeeld op slechts een Roerfluit, een Quintadeen en een zestienvoet. De magistrale Silbermann gaat er wel erg klein door klinken in de royale ruimte van de Hofkirche. Maar als je aan de klank gewend bent, merk je dat Zwoferink er wél mooie dingen mee doet.
Ook wat betreft de tempi is het soms wennen geblazen. Verschillende stukken voert Zwoferink uit met fraaie rubati. Maar in het Praeludium in Es vallen de schommelingen wel erg fors uit: ligt het tempo aanvankelijk rond de 76, in de echo’s daalt het naar 68, in het divertiment stijgt het tot 81, om in de reprise van de ouverture weer te dalen naar ongeveer 71 slagen per minuut. Het is de vraag of dit à la Bach is – en à la Dupré. Maar wanneer je eraan gewend bent merk je: het stuk klinkt er niet minder vorstelijk door.
Zwoferink gaat op haar Bach-cd’s een eigen weg. Dat maakt haar schijfjes allesbehalve saai en voorspelbaar. Ondanks het fraais dat zij ook nu weer in de Hofkirche horen laat, vraag ik me af of haar spel niet beter tot zijn recht komt op een negentiende-eeuws instrument. Een fraaie Walcker, Sauer of Ladegast bijvoorbeeld. Zulke orgels zijn immers bij uitstek geschikt voor romantisch Bachspel – en ze geven er een natuurlijke schoonheid aan.
Luister maar naar de Ladegast hierboven. Of naar Hanns Ander-Donath, de vroegere titularis van de Frauenkirche in Dresden. In 1944, enkele maanden voordat zijn door Jahn en Jehmlich (1875/1912) flink omgebouwde Silbermann (85/VP) tijdens het bombardement van Dresden werd verwoest, speelde hij er Bachs grote g moll. Werkelijk adembenemend!
Johann Sebastian Bach – Orgelwerke III
Gottfried Silbermann-Orgel
Kathedrale Ss. Trinitatis (Hofkirche) Dresden
Jolanda Zwoferink
Toccata et Fuga in d-BWV 538; An Wasserflüssen Babylon BWV 653; Nun danket alle Gott BWV 657, Sonata III in d-BWV 527; Schmücke dich, o liebe Seele-BWV 654; Praeludium et Fuga in Es BWV 552.
Label: Prestare
Nummer: zwf3331568
Speelduur: 78’31
Booklet: 32 pagina’s (DU/EN/NL)
Prijs: € 14,95 inclusief verzendkosten!
[button link=”http://www.orgelshop.nl/orgelnieuws” target=”_new” title=”BESTELSERVICE”][/button]