COLUMN Stof tot nadenken

cavaillé-coll orgel gent
Speeltafel Cavaillé-Coll-orgel St. Niklaaskerk Gent in 2002 | © foto Gérard van Betlehem

Ach, kijk … U hebt de moeite genomen om een blik te werpen op een website over orgels, orgelmuziek en de vertolkers daarvan. Weet wel dat daar risico’s aan verbonden zijn? Eén daarvan openbaart zich in toenemende mate.

Text Example

advertentie



Misschien dat u dit bezoek aan ORGELNIEUWS daarom beter voor uzelf kunt houden. Vertel er niet over tijdens de jaarlijkse buurtbarbecue waar u opnieuw geen nee tegen durfde te zeggen. Zwijg erover op de werkvloer. Noem het niet op die vervelende verjaardag van komend weekend. Deel het niet op Facebook en evenmin met uw huisarts.

De consequenties van uw orgelliefhebberij kunnen niet mis zijn, met als meest zorgwekkende resultaat dat u … stoffig bent geworden.

Jazeker.
Dat bent u. 
U bent stoffig. 
Het orgel en alles wat daarmee verband houdt is … stoffig.

In deze column vindt u zomaar wat links naar artikelen die de afgelopen tijd in de media verschenen en u zult bevestigd krijgen wat hierboven is uiteengezet.

‘‘Huizenhoog orgel’ van Arnhemse Eusebiuskerk moet na restauratie stoffig imago orgelmuziek doorbreken.’ De Gelderlander, 7 juni 2023 

Ja, doet u de gordijnen misschien toch maar even dicht, of draai de laptop uit het zicht van enkele nieuwsgierige ogen. Voor je het weet ben je stoffig. Is dat imago zomaar uit de lucht gegrepen? Nee. 

Natuurlijk zien u en ik de geposte foto’s van liefhebbers voorbijkomen. Dolblij laat men u weten dat men gezeten is in een kerkje, gevuld met tien grijze hoofden, die luisteren naar een dorre presentatie over de verschijning van een boek over de invloed van de firma J. de Koff op pneumatische orgels in de kop van Overijssel sinds de eerste helft van de vorige eeuw. En dat alles in vierhonderd pagina’s, inclusief voorwoord van een bekend gepromoveerd organist, opgeluisterd met foto’s van een jongen die zelf op een De Koff speelt en in de veronderstelling verkeert dat hij tevens kan fotograferen.

Natuurlijk lezen u en ik de recensie van de tachtigste integrale van Franck en de reclame voor een prijzige fietstocht langs historische instrumenten in een van de noordelijke provincies, waarbij u, gewapend met een goor en spekvet linnen tasje, zelf een broodje en thermoskan met koffie moet meenemen. 

Natuurlijk komt bij u ook de verwarmingsinstallateur binnen, die verbaasd naar uw huisorgel wijst en zegt: ‘Zo, dat is een grote piano! Het is toch een piano?’ 

U bent stoffig. 
Het is maar dat u het weet. 
Uw liefhebberij is het ook, dus moet daar snel de stofdoek over. 
Het moet hip worden! 
Eigentijds! 
Ja, jongen, je moet met de tijd mee!

‘Everhard wil de orgel hip maken.’ ‘Bijna vijf eeuwen later is het toetsinstrument met pijpen waar lucht doorheen wordt geperst, niet meer weg te denken uit de kerk. En daar zit hem de kneep: het zorgt voor een ouderwets imago.’ Algemeen Dagblad, 3 augustus 2023

Wacht. Leg die spons en die fles Ajax nog een moment terzijde …

Wat bleef over van al die kerken die met een hippe mis en vlotte eredienst dachten hun tienduizenden te verslaan? Wat bleef van uw woonplaats over toen de gemeente besloot het historische centrum op te pimpen met beton, efficiëntie en onbetaalbare appartementen? 

Hoeveel gezonder werd uw lijf sinds u het met de handjes op de rug rustig kuieren inruilde voor het je in de woonwijk te barsten rennen, in een vreemdsoortige outfit, met knipperende lampjes op de bovenarm? Wat bleek de winst in Den Haag nu in die glimmende blauwe stoelen allemaal hippe, door merkkleding omhulde, adolescenten het stokje overnamen van de stoffige politici van weleer? Hoeveel aangenamer werd het in de natuur, nu men hippe mountainbikepaden aanlegde waarop luidruchtige fietsers de kans op het zien van een edelhert reduceren tot nul? 

Welke violist zweert nog bij Nigel Kennedy? Welke pianist bij Richard Clayderman en organist bij de toentertijd superhippe Virgil Fox? 

Hoeveel drukker werd het bij orgelconcerten met beeldschermen, dansmariekes en mindful kantklossen? Hoeveel beter werd het orgelspel nu op de orgelbank een ventje zit in getailleerde jeans en met Italiaanse schoenen van krokodillenleer? 

Kom, doe dat gordijn maar weer open en laat ORGELNIEUWS en uw papieren orgelmagazine maar zien aan eenieder die u binnen- of buitenshuis tegen het lijf loopt. 

Wen er maar aan, stoffige vriend. Ge zijt een uitstervend ras. U geniet van een hobby die de meerderheid vol medelijden het hoofd doet schudden. Wen er maar aan dat deze wereld verdwijnende is en plaats maakt voor ander vermaak dat over vijftig jaar hopeloos verouderd is.

‘De pubquiz is bedacht om het stoffige imago van orgelmuziek wat op te poetsen.’ Omroep Gelderland, 21 juni 2023

Wat de orgelwereld rest? 

Van enthousiasme getuigen van een prachtig instrument en dat, ondanks alles wat de stoffeerders van eigentijdse media aan stikstof verspreiden, blijven delen!  Ophouden met het online muggenziften over wat wel en niet betamelijk is in orgelland.

Nu eens niet – daar heb je hem weer! – op een Facebookpost reageren met: ‘Ik …’, maar bij die ander belangstellend informeren of doorvragen naar de vreugde die deze persoon heeft ervaren bij een concert, het beluisteren van een opname, of de ontmoeting met een andere orgelfiel …

Een dip los je niet op met hip. 

Vergeet nooit wie of wat u geestdriftig maakte voor het orgel. Deel die vreugde en laat je niet verlammen door het onontkoombare feit dat er een generatie is opgestaan die onze lol niet begrijpt en dus niet kan waarderen.

Niemand krijgt Bach stuk. Niemand Shakespeare, noch Rembrandt, noch het orgel. 

Ge zijt niet stoffig. Ge zijt bevoorrecht!

‘Orgelmuziek suf, saai en stoffig? Vergeet dat maar!’ Westfrieskrant, 17 juni 2023

Blijf daarom dat oude boek maar van de plank halen. Blaas het stof van de goudsnede en ga u in die oude rookstoel heerlijk verkneukelen in een goed verhaal, zonder beeld en geluid. 

Pak daarbij glimlachend die stoffige wijnfles uit de kelder en zet het glas met het gerijpte vocht even later dankbaar aan de lippen. Ze behoeft geen krans, maar verdient wel een kans. Het mag dan wel geen coole energy drink zijn, uw uithoudingsvermogen gaat het nochtans winnen van de stoffelijke resten die al heel rap overblijven van de hippe laatste mode.

Proost!

Bert Rebergen (*1969) is ruim dertig jaar actief in het onderwijs en treedt op als spreker en verhalenverteller. Orgelmuziek mag zich in zijn belangstelling verheugen. Dit als luisteraar en als bespeler van menig instrument. Hij schrijft sinds 2006 voor ORGELNIEUWS als columnist en recensent.

11 Comments

  1. Tsja, en dan was ik vorig jaar mei in Wenen waar een serie concerten gegeven werd op het nieuw gebouwde Riesenorgel in de Stephansdom. Ik kon op een avond nog net drie kaarten krijgen. De kerk zat afgeladen vol, met ook veel jongen mensen. De firma Rieger had het orgel goed ontstoft.

    • Als het uw smaak niet is, kunt u dit volgens mij ook prima op een iets nettere manier verwoorden.

  2. Stoffig? niets van dat al.

    Stichting Orgeltochten Noord-Holland ontstoft al 50 jaar orgels die minder toegangkelijk zijn en het verdienen zichtbaar te worden, van klein tot groot.

    Gisteren is de 50 jarige jubileumtocht gehouden en het jubileum gevierd met 105 deelnemers die “ontstoft” werden door prachtige muziek op 3 orgels van verschillende signatuur.

    De omgeving waarin het orgel staat verandert, het orgel niet.
    Stof komt vanzelf, maar moet je zelf weghalen. Doe dat dan, want het orgel is niet stoffig en dood, het leeft!!

    Dank voor het wervende stuk.

  3. Ik vindt het iedere keer weer heerlijk om deze columns te lezen, en geniet er ieder keer opnieuw van.

  4. Stel u voor, u bent liefhebber van klassieke muziek maar niet opgegroeid met kerkbezoek, dus een orgel kent u alleen van het binnenwandelen van kathedralen tijdens vakantie. Uw buurvrouw zegt: “Ga komende zaterdagmiddag mee, er is een fraai concert in de Grote Kerk, het is daar nog lekker koel ook”. U bent nieuwsgierig en besluit mee te gaan. Bij de ingang deelt een vriendelijk mevrouw programma’s uit, u direct wijzend op de vrijwillige bijdrage die zowel contant als met een te scannen QR-code betaald kan worden. U slaat het programmaboekje open en uw blik valt op twee nummers: “Ach Herr, mich arme Sünder” en “Ich ruf zu dir, Herr Jesu Christ”. U vraagt zich misschien af of dit concert vooral bedoeld is voor mensen die naar de kerk gaan. De muziek blijkt erg mooi te zijn, dat wel. Maar het is wel muziek die qua tekst past bij een zuil in de samenleving waar u niet toe behoort.
    “Hoe vond je het?” vraagt de buurvrouw na afloop.
    Mooi. Er klinkt enige schroom door in uw stem vanuit het besef dat u wel ‘anders’ bent dan de andere mensen tijdens het concert, want zij zullen het wel geloven dat zij zondaars zijn en zij hebben kennelijk een Jezus die zij om hulp vragen zoals Vincent Lübeck dat kennelijk ook deed in 1730. Een rijke doorlopende traditie, dat wel.
    “Ga je volgende week dinsdag mee naar Haarlem?” vraagt de vrolijke buurvrouw. “Dat orgel moet je een keer gehoord hebben”.
    “Ok, vooruit, maar dat is dan misschien wel voorlopig de laatste keer, want ik weet niet of ik er pas”.
    De Bavo zit vol; diverse talen. Veel toeristen blijkbaar. Op het programma drie dansen van Alain, de passacaglia van Bach, drie humoristische werken van Guy Bovet en een sonate van Hindemith.
    De buurvrouw kijkt aangenaam verrast als zij u hoort zeggen: “Lijkt me leuk om dit vaker te doen en dan neem ik mijn dochter ook mee”.
    “More important than knowing what you admire is to know what you’re allergic to”(Wagemans, Peter-Jan (1985). A variety of compositional options. Key Notes 22, 2, p. 12 – 17).

  5. Heerlijk om te lezen! Ik ben het van harte met Bert eens. Dankjewel, Bert. Ik geniet elke keer weer van jouw stukjes en je mooie taalgebruik! Ga zo door!

  6. Enkele maanden terug woonde ik de finale van een orgelconcours bij in de Westerkerk Amsterdam. De jonge studenten (finalisten) speelden op een niveau alsof ik doorgewinterde hoofdleraren orgel hoorde.
    De jury had lang tijd nodig om een winnaar te bepalen. Inderdaad: Gelukkig niks stoffigs aan de knikker.
    Die ‘stoffige’ Bach componeerde ooit de ‘Mattheus’, zeer diepgaand, en nog steeds populair, in Nederland sowieso. Bert Rebergen vindt, overigens terecht, dat Bach ‘niet is stuk te krijgen’, maar dat geldt ook niet voor veel muziek door alle eeuwen heen?
    Stoffig en versleten is alleen maar populariteit en succes; beide ‘psychosociale ziektekiemen’ zorgen weliswaar voor een dik gevulde portemonnee, maar de muzikale waarde is vaak ver te zoeken. 1500 jaar muziek, vanaf het Gregoriaans tot en met hedendaagse componisten, ook dus voor orgel, is nog steeds niet stoffig, maar innerlijk rijk voor wie de muziek serieus wil nemen. Er zijn nog vele jongeren en ouderen, die dat doen. Tenslotte iets nuchters: de foto van de stoffige speeltafel geldt gelukkig niet voor ieder instrument. Nog steeds vinden er prima opknap-en restauratiebeurten plaats, en is er, zij ’t mischien in mindere mate, nieuwbouw aan de orde. Over stoffigheid (heel begrijpelijk soms) gesproken K.W.

Reacties zijn gesloten bij dit onderwerp.