In de nieuwe column ‘RE: gister’ zal organist, componist, cantorijlid en journalist Peter Sneep op Orgelnieuws.nl delen in zijn ervaringen vanaf de orgelbank (en soms de pianokruk). De wederwaardigheden van de afgelopen zondag van de begeleider in drie Amersfoortse kerken zullen dan ook het onderwerp zijn van deze column. Als het even kan wekelijks op maandag. Vandaag met enige vertraging: deel 0 – ‘Beamer’.
‘We zingen dit lied pas na de preek’, zegt de dominee vriendelijk. Ik kijk hem aan, vertwijfeld. Uit de gegevens op de beamer constateer ik dat ik nu toch echt moet inzetten. Maar de dominee heeft vast gelijk. Hij heeft deze liturgie immers bedacht? Ik sta op van de vleugel. En ga zitten. We zouden een opwekkingslied zingen en ik was al aan het voorspel begonnen. Psalmen en gezangen speel ik in dit kerkgebouw op het orgel (Fama en Raadgever, 1972, 15/IIP), hoog achterin de kerk. De vleugel staat voorin, ongeveer naast de preekstoel.
U moet weten, ik ben organist van drie vrijgemaakt-gereformeerde kerken in Amersfoort: Kandelaar, Schaapskooi en Martuskerk. Hoe dat is gekomen, vertel ik misschien een andere keer. Het gaat nu hierom: afgelopen zaterdag (een huwelijk) en zondag (een gewone ochtenddienst) speelde ik voor het eerst sinds twee jaar weer in de Schaapskooi. Kind gekregen, overspannen geweest. Eerst heb ik een tijd helemaal niet gespeeld. Daarna ben ik na een paar maanden voorzichtig weer in de Martuskerk en de Kandelaar gaan spelen. En pas nu dus weer in de Schaapskooi.
Elke kerkgemeenschap heeft zijn eigen liturgische gewoonten. In de Schaapskooi worden bijvoorbeeld de liturgische gegevens op de beamer gepresenteerd aan de hand van icoontjes: het gebed met gevouwen handen. Dat ik te vroeg inzette, komt doordat ik de geprojecteerde symbolen niet doorhad en dus ook niet zag. Na de schriftlezing uit Efeziërs 4 wilde ik dus gaan spelen. We hadden al een pianolied gehad (‘Uw woord is een lamp voor mijn voet’, gezang 23 in het Gereformeerd Kerkboek). En ik was bij de piano blijven zitten.
Als begeleider word je in de kerk zelden toegesproken. Maar nu richt de dominee het woord (met een kleine letter) rechtstreeks tot mij. ‘We zingen dit lied pas na de preek’. En hij voegt er nog iets aan toe: ‘Fijn dat je zo enthousiast bent.’ In de kerk wordt gegniffeld. Een beetje opgelaten ga ik op de voorste rij zitten.
In de middagdienst in de Kandelaar zijn er weer andere beamerproblemen. Hans en Jikke van Haeften laten hun zoon Felix dopen. Hans is kerkmusicus in de Marcuskerk in Leusden, maar hij en Jikke zijn lid van de Kandelaargemeente. Hij heeft een leuke melodie in 7/8-maat gecomponeerd bij André F. Troosts tekst ‘Water, water van de doop’ en hij heeft daarmee het nieuwe Liedboek gehaald, gezang 358.
Meestal komen in De Kandelaar bij elk lied dat wordt gezongen de noten op de beamer. Maar om een raadselachtige reden nu niet, zie ik tijdens het voorspel (op orgel) in de spiegel. Gelukkig zingen we alle vijf de coupletten. De kerkgangers doen hun best en bij vers vijf hebben ze de onbekende en ‘gekke’ melodie aardig door. ‘Dat was een leuk lied’, zegt de dominee na afloop. ‘Dat gaan we vast vaker zingen.’ Ik hoop het, maar dan wel met de noten erbij.
Peter Sneep (•1962) is organist van drie vrijgemaakt-gereformeerde kerken in Amersfoort: de Kandelaar, de Schaapskooi en de Martuskerk. Hij componeert kerkmuziek en maakte daarvan een aantal cd’s. Orgelles kreeg hij van Hetty Koelewijn en Gerrit ’t Hart. In De Kandelaar is hij lid van de cantorij, die onder leiding van Harry van Wijk eens in de zoveel tijd aan de diensten meewerkt. Peter Sneep is journalist. Van 1986 tot 2014 werkte hij bij het Nederlands Dagblad. Hij is getrouwd met Petra en vader van Anna (2) en Manuel (0).
Als organist van twee PKN-kerken, Protestantse Gemeente Barneveld en De Achthoek in Scherpenzeel is dit voor mij allemaal heel herkenbaar. We hadden vanochtend twee onbekende liederen in de dienst (iets wat ik absoluut een maximum vind). De ene was het nieuwe Liedboek 188 en het andere een Opwekkingslied. Het nieuwe Liedboek 188 nam ik voor de dienst even met de gemeente achter de piano door. Het opwekkingslied niet, dat zou teveel tijd kosten. En dan geef ik toch echt voorrang aan een lied uit het nieuwe Liedboek. Helaas verscheen van het Opwekkingslied geen melodie op de beamer. Erg opgewekt klonk het dan ook niet.