COLUMN ‘Dat waren nog eens tijden’ [ 5 ]

In de column ‘Dat waren nog eens tijden’ blikt verhalenverteller, organist en orgelliefhebber Bert Rebergen zo nu en dan terug op de orgelwereld van enkele decennia geleden. De vijfde aflevering van deze column: orgel en piano.

Text Example

advertentie



Je hoort het pianisten regelmatig zeggen: ‘Je moet geen organist op een piano horen spelen.’ Daar zit wat in. Andersom gaat het meestal beter, al weet men zich soms geen raad met de grotere hoeveelheid pedalen.

Louis van Dijk is zo’n pianist die je nog wel eens op een orgel aantrof. Al jong bespeelde hij dit instrument en hij volgde lessen bij de legendarische Piet van Egmond. Ondanks dat, hoor je dat deze ras muzikant zich meer thuis voelt achter een piano of vleugel.

Van Dijk nam – als Louis van Dyke – in 1970 een orgelelpee op met improvisaties over thema’s van John Lennon en Paul McCartney (The Beatles). De langspeelplaat werd een bestseller, maar er zijn genoeg organisten die hun wenkbrauwen fronsen bij het beluisteren van deze geluidsdrager.

Het scheelde niet veel of deze opname was helemaal niet doorgegaan, zo vernam ik ooit van ingewijden. Louis van Dijk was in de Nederlands Hervormde Kerk van Loenen aan de Vecht niet helemaal in zijn nopjes en liet dat, gepaard gaande met – laat ik mij voorzichtig uitdrukken – wat minder fatsoenlijk taalgebruik, weten ook. De koster van de kerk hoorde dit en was daarover zo verbolgen dat hij het hele team de kerk uit wilde zetten. Ze hebben aardig op de man in moeten praten om het opnamewerk voort te kunnen zetten.

Vele jaren geleden speelde Van Dijk regelmatig concerten, samen met organisten in het gehele land. Onder anderen Klaas Jan Mulder en Lucas Lindeboom gingen met hem op stap.

Van heel wat van die concerten mocht ik getuige zijn. Soms bespeelden ze samen één orgel of verdeelden ze de buit op koor- en hoofdorgel. De organist speelde literatuur en Van Dijk antwoordde daarop met een improvisatie. Wie Louis van Dijk een beetje kent, begrijpt dat dergelijke concerten doorspekt waren van humor.

In een bijna lege Grote Kerk in Wageningen – het Nederlands voetbalelftal moest opdraven die avond – bleef het na het eerste orgelspel van Lindeboom een paar minuten doodstil. Plotseling vloog de deur van de consistorie open en rende Van Dijk naar het koororgel: ‘Phoeh! Net op tijd!’ Even later klonk een fuga over ‘Hup, Holland! Hup!’.

In de Eusebiuskerk in Arnhem speelde Van Dijk ongewoon modern op het koororgel. Na zijn gecompliceerde improvisatie liep hij naar de microfoon en zei: ‘Het blijft altijd lastig om geconcentreerd te blijven spelen met een hanger in het pedaal.’

Tijdens de slotimprovisatie over ‘De dag door Uwe gunst ontvangen’ in de Burgwalkerk van Kampen ontdekte de opmerkzame luisteraar een ander thema in het pedaal: ‘En we gaan nog niet naar huis! Nog lange niet! Nog lange niet!’ Op een gegeven moment verdwenen deze aardige concerten uit de concertseries.

Toen Van Dijk met het Trio Frits Landesbergen optrad in de voormalige Willibrordkerk in Veenendaal, vroegen wat vrienden en ik de muzikanten een cd te signeren. Van Dijk zat alleen aan een tafeltje en reageerde amicaal: ‘Kom effe zitten, jongens! Eerst wat drinken!’ Terwijl mijn kameraden en ik met hem aan het tafeltje zaten, vroeg ik hem: ‘U treedt zelden meer op met organisten. Dat waren leuke concerten!’

Van Dijk glimlachte en antwoordde goudeerlijk: ‘Het levert me te weinig op. Van dat soort concerten kan ik niet eens mijn reiskosten betalen.’

Een uurtje later reed hij weg in zijn Mercedes W140, die door de Duitsers wel met ‘Tank’ of ‘Kathedrale’ wordt aangeduid. Op dat moment drong zijn zo-even gemaakte opmerking pas echt goed tot ons door.

 


Bert Rebergen (*1969) is vooral onderwijsman en verhalenverteller, maar orgelmuziek mag zich in zijn grote belangstelling verheugen, niet alleen passief maar ook in de praktijk. In 1988 werd hij organist in Veenendaal. Daar en daarbuiten bespeelt hij, tot de dag van vandaag, menig instrument. Sinds 2009 treedt hij als verteller en presentator op in het gehele land.

1 Comment

  1. Louis van Dijk heeft vele concerten gegeven met Jos van de Kooy. Die concerten gingen onder het motto: “Klinkt het niet dan botst het wel….”

    Ik zal nooit vergeten dat ze samen improviseerden op het lied “Op de grote stille heide…” en dat ze er bij zeiden: Daar kan heel wat gebeuren! En er gebeurde ook heel veel.

    De concerten waren nogal lachwekkend en vaak erg goed.

Reacties zijn gesloten bij dit onderwerp.