Tijdens de ochtenddienst van zondag 9 juni is het gereconstrueerde orgel van de St. Katharinenkirche in Hamburg in gebruik genomen. Het instrument werd gebouwd door Flentrop Orgelbouw te Zaandam. De financiering van de bouw werd georganiseerd door de Stiftung Johann Sebastian die het project ‘Eine Orgel für Bach’ doopte.
De St. Katharinenkirche, een van de vijf hoofdkerken van Hamburg, herbergde tot 1943 een van de belangrijkste orgels van de stad. Het instrument was grotendeels in de 16e en 17e eeuw tot stand gekomen, waarbij orgelmakers als Hans Scherer, Gottfried Fritzsche, Friedrich Stellwagen en Friedrich Besser aan het instrument werkten. Tijdens het organistschap van Johann Adam Reincken (1643-1722) bereikte het orgel zijn definitieve omvang van 58 registers verdeeld over vier manualen en pedaal. Johann Sebastian Bach maakte in 1701 kennis met orgel en liet zich in zeer positieve zin uit over het instrument.
Verwoest
In de 19e en 20e eeuw onderging het orgel nog enkele wijzigingen, maar bleef het zijn karakter behouden. Bij een geallieerde luchtaanval in de zomer van 1943 werd het orgel door brand grotendeels verwoest. Van het orgel bleven circa 520 pijpen bewaard die werden hergebruikt in het nieuwe orgel dat de firma Kemper na het herstel van de kerk bouwde.
In 2005 werd de stichting Johann Sebastian opgericht om de reconstructie van het vooroorlogse orgel te financieren en het Kemper-orgel te vervangen. Het orgelproject ‘Eine Orgel für Bach’ was een samenwerking tussen de St. Katharinenkirche en de Hochschule für Musik und Theater in Hamburg die het orgel ook gaat inzetten voor de lespraktijk. De kosten van het project bedroegen zo’n 2,5 miljoen euro.
Situatie 1720
In 2007 kon de opdracht tot reconstructie worden gegeven aan Flentrop Orgelbouw te Zaandam. De situatie van 1720 werd als uitgangspunt genomen. In dat jaar bespeelde Johann Sebastian Bach het orgel en tekende Mattheson de oudst bekende dispositie van het orgel op.
De 520 bewaard gebleven historische pijpen van meer dan twintig registers en de uitgebreide documentatie van het oude instrument en referentiemateriaal uit andere historische orgels waren de belangrijke aanknopingspunten voor de bouw van het nieuwe instrument.
Voor de reconstructie van de orgelkas is ook teruggegrepen op de vroege achttiende eeuw en is een aantal toevoegingen van later datum, die te zien zijn op bewaard gebleven foto’s van het orgel, achterwege gelaten.
Aan de dispositie zijn nog drie registers toegevoegd waarvan historisch materiaal bewaard was gebleven, een Gambe 8’ en Octava 4’ op het Bovenwerk en een Trommete 8’ op het het Hoofdmanuaal. De manuaalomvang is uitgebreid van CDEFGA-g2-a3 naar C-d3 de pedaalomvang van CDEFF#GA-d1 naar CD-d1. De windvoorziening bestaat uit acht spaanbalgen voorzien van trapinrichting en staat opgesteld op een balgstelling in de toren.
De bouw van het orgel werd in drie fasen uitgevoerd. De eerste fase, het rugwerk, werd in 2010 opgeleverd. Uiteindelijk konden de laatst twee fasen tegelijk worden uitgevoerd. De ingebruikname van het orgel vond op zondagochtend 9 juni 2013 plaats tijdens een feestelijke kerkdienst waarin het orgel werd bespeeld door Andreas Fischer, Pieter van Dijk en Wolfgang Zerer. Zij spelen ’s avonds ook het ingebruiknameconcert.
Meer informatie en verdere ingebruiknameactiviteiten
Dispositie *)
Hauptwerk CD-d3
Principal 16
Quintadena 16
Bordun 16
Octava 8
Spitzflöte 8
Querflöte 8
Octava 4
Octava 2
Rausch-Pfeife II
Mixtura X
Trommete 16
Trommete 8
Rückpositiv CD-d3
Principal 8
Gedackt 8
Quintadena 8
Octava 4
Blockflöte 4
Kleinhohlflöte 2
Quintflöte 1 1/2
Sifflet 1
Sesquialtera II
Scharff VIII
Trichterregal 8
Oboe d’Amore 8
Schallmey 4
Oberwerk CD-d3
Principal 8
Hohlflöte 8
Viola di Gamba 8
Octava 4
Flöte 4
Nasat 3
Waldflöte 2
Gemshorn 2
Scharf VI
Trommete 8
Zincke 8
Trommete 4
Brustwerk CD-d3
Principal 8
Gedact 8
Octave 4
Quintadena 4
Waldpfeife 2
Scharf VII
Dulcian 16
Regal 8
Pedal CD-d1
Principal 32
Principal 16
Sub-Bass 16
Octava 8
Gedact 8
Octava 4
Nachthorn 4
Rauschpfeiffe II
Cimbel III
Mixtura V
Groß-Posaun 32
Posaune 16
Dulcian 16
Trommete 8
Krumhorn 8
Schallmey 4
Cornet-Baß 2
Overige registers
Glockenspiel
2 Zimbelsterne
Tympani
Vogelgesang
Werktuiglijke registers
Koppel Oberwerk – Brustwerk
Koppel Oberwerk – Hauptwerk
Koppel Brustwerk – Hauptwerk
Transpositionskoppel Brustwerk (a1=415 Hz en a1=440Hz)
Tremulant gehele werk
Tremulant Rückpositiv
Stemming: Bach/Kellner
Toonhoogte: a1=465 Hz bij 20 graden Celsius
*) Bron: Stiftung Johann Sebastian en www.flentrop.nl, de definitieve nomenclatuur kan op details afwijken van bovenstaande dispositie.
© 2013 fotografie Matthias Fischer www.bildwerft.com