Vorig jaar promoveerde Jan Boogaarts op een lijvig proefschrift over de Brabantse orgelmakers Smits. Dr. Frans Jespers bespreekt het boek en plaatst er ook enkele kanttekeningen bij.
Tussen begin negentiende en begin twintigste eeuw bouwden leden van drie generaties Smits samen ruim honderd prachtige orgels. In deze studie wordt de geschiedenis van de familie en het bedrijf uit de doeken gedaan.Op basis van het bijna compleet bewaarde bedrijfsarchief is ook het wedervaren van alle betrokken orgels gereconstrueerd. De eerste helft van het boek is aan deze drie onderwerpen gewijd. De tweede helft bestaat uit archiefstukken over het ontstaan en de latere situatie van de genoemde orgels.
Omvangrijk
Het proefschrift van musicus en orgeldeskundige Jan Boogaarts is omvangrijk. Het beslaat bijna 700 dichtbedrukte bladzijden op groot formaat. De eigenlijke studie omvat hiervan ongeveer de helft, waarbij de tweede helft functioneer als een grote bijlage met honderden archiefstukken. Het boek begint na een korte culturele situatieschets met de geschiedenis van de familie Smits, daarna volgt de orgelmakerij, en tot slot worden de lotgevallen van de nieuwe orgels en de andere werkzaamheden van de orgelmakers uitgebreid behandeld.
Familie Smits
De familie Smits was gevestigd in het Brabantse dorp Reek, vlak bij Grave. Klaas Smits (1791-1831) begon rond 1818 met het bouwen van orgels en kreeg enkele jaren later hulp van zijn broer Frans (1800-1876). Na de vroege dood van Klaas wist Frans het bedrijf tot grote bloei te brengen, zowel met een grote productie als met een hoog artistiek niveau van klankresultaat en orgelfronten.
Na de dood van Frans zette zijn gelijknamige zoon Frans (II, 1834-1918) samen met drie broers het bedrijf voort, met een nieuwe bloeiperiode rond 1890. Twee zonen van Frans II Smits namen de werkzaamheden over, maar beëindigden die toen een van hen in 1928 stierf. De familie was zeer welgesteld en ook behoudend, waardoor bijna alle familie- en bedrijfsgegevens zorgvuldig bewaard werden. Er bleven ook enige portretten bewaard, die in het boek zijn weergegeven.
Frans Smits I wordt voorgesteld als een creatieve persoon, die op eigen houtje een unieke bouwstijl ontwikkelde die gekenmerkt wordt door een variëteit aan laatbarokke orgelfronten en classicistische disposities met een hoogst welluidende klank. De tweede generatie had moeite om een de ontwikkeling naar de romantiek bij te houden, maar vond hierin ten slotte een eigen benadering.
De derde generatie stapte noodgedwongen over op pneumatische orgels, ook hier van hoge kwaliteit. Boogaarts zet uiteen hoe deze orgelmakers in de verschillende periodes de onderdelen van orgels technisch vervaardigden. Hij betoogt dat de nieuwe orgels tot de beste behoren die in dit tijdvak in Nederland gebouwd zijn. Ongeveer de helft van die orgels is bewaard gebleven, maar dikwijls wel in gewijzigde toestand.
Lotgevallen
Niet alleen bij de nieuwe orgels van dit bedrijf, maar ook bij ingrepen in oudere instrumenten is de aanpak van de Smitsen goed herkenbaar. Alle lotgevallen van ongeveer 200 nieuwe en bewerkte orgels komen na de bedrijfsgeschiedenis aan de orde, op alfabetische volgorde van plaatsnaam. Per plaats komt eerst de voorgeschiedenis ter sprake (ontstaan van de kerk, vroegere orgels), daarna de correspondentie met de Smitsen (ontwerpen, contract), daarna latere werkzaamheden, tot op heden voor zover van toepassing. Ter afsluiting is er een gedetailleerde werklijst. De betrokken orgels, voor zover bewaard, zijn in het boek op klein formaat afgebeeld.
Smitsarchief
De tweede helft van het boek bevat honderden stukken uit het Smitsarchief, voornamelijk brieven, opnieuw op volgorde van plaatsnaam. Uit al deze stukken worden de opvattingen en de werkwijzen van de orgelmakers goed duidelijk. Een zeer uitvoerig register maakt het gehele boek goed toegankelijk.
Indruk
De algemene indruk van dit dikke boek is toch wat rommelig door de opmaak, de kleine afbeeldingen en de anekdotische schrijfwijze van de auteur. Het grote verhaal van deze eigenzinnige en enigszins geïsoleerde orgelmakers gaat verscholen achter een stortvloed aan details en verhalen. Heldere samenvattingen of syntheses ontbreken. Hetzelfde geldt voor de weergave van de bouwtechnieken: talloze details passeren de revue, maar Boogaarts kan niet laten zien waarin het hoge niveau van dit bedrijf precies berustte. In vergelijking met de grondige studies van Teus den Toom over de orgelmakers Witte of van Jos Laus over Maarschalkerweerd steekt dit boek bleek af. De belangrijkste verdienste die overblijft is de weergave van de stukken uit het Smitsarchief.
Een kritisch commentaar op het boek is onderstaand te raadplegen.
Bekijk in volledig scherm
Jan Boogaarts
De Orgelmakers Smits
Bloeitijd van de Brabantse Orgelkunst
WalburgPers – ISBN 9789462492400, 694 pagina’s, genaaid gebonden, 21,3 x 30,3 cm, geïllustreerd kleur/zw, prijs € 69,50
Verkrijgbaar bij walburgpers.nl