Op zaterdag 1 juni overleed Klaas Vellinga, cantor-organist van de Oude Kerk in Soest. Rob van der Hilst herdenkt zijn oud-studiegenoot en -vriend.
Kan een kunstenaar die in het klein opereert groot, verrekte groot zelfs zijn? In het geval van mijn oud-studiegenoot en -vriend Klaas Vellinga, die afgelopen zaterdag op 54-jarige leeftijd overleed, luidt het antwoord hierop volmondig JA.
Wie en wat Klaas was – wennen is deze verledentijdvorm toch – en ‘dus’ zoals hij zich als musicus uitte had als centrum: ernst. Met een stevig-ingekeerde rand eraan die ik, uit het lawaaiige Rotterdam afkomstig, graag met ‘typisch Gronings’ typeerde, dit vooral om hem te plagen dan. Groningen, daar waar doorgaans Minder aan de orde is dan Meer.
Alles wat Klaas aanpakte was van ernst doortrokken: ernst leidde tot concentratie en concentratie tot kunstzinnige prestaties die op basis van flair -jawel!- en een voortreffelijke speeltechniek van het allerbeste soort waren: de gemeenteleden van de Oude Kerk in Soest, de cantorij incluis, waar Klaas jarenlang als cantor-organist figureerde kunnen ervan meepraten. Voor de bezoekers van de concerten van het Monteverdi Kamerkoor Utrecht, waaraan hij sinds de oprichting (1989) als ‘toetsenist’ verbonden was, geldt hetzelfde.
Klaas Vellinga sloeg op basis van een natuurlijk talent voor muziek de weg van de beroepsmusicus in door orgel te gaan studeren bij Elly Kooiman (Nederlands Instituut voor Kerkmuziek te Utrecht) en Jan Welmers (Utrechts Conservatorium). Hij kwam al vrij snel aan de slag als pianist-zanggroepleider van de (gereformeerde) Centrum Gemeente in Utrecht – een soort binnenkerkelijke Basisgemeente – en van de Hervormde Gemeente in Bilthoven. Aansluitend raakte hij werkzaam in Soest waarin hij zich dan ook met zijn gezin vestigde.
Zijn programmering als concertorganist was, letterlijk, veelzijdig: van oeroud tot en met het allernieuwste. Steeds vaker en sterker trok hij vanaf het begin van zijn loopbaan naar de hedendaagse muziek: dat werd een Relatie vanuit engagement. Geen wonder dus dat zijn cd-opname met het orgeloeuvre van Joep Straesser bekroond werd met de Straesser-Versterprijs 1996.
De nieuwe orgelmuziek heeft in Klaas vele jaren lang een ambassadeur met overtuigingskracht gehad waardoor zelfs de meest avontuurlijke (lees: gekke, bezopen) muzieknoten ‘waar’ werden. Geen geringe prestatie van een kunstenaar die mede hierom met ‘groot’ valt te kwalificeren, al was zijn actieradius geografisch gezien relatief ‘klein’.
Ceux qui sement dans les larmes, moissonnent en chantant.
© 2013 foto orgelfonds-oudekerk-soest.nl