Michel Lemmens, Orgelgids Hasselt. 92 pagina’s. Uitgave: Stad Hasselt, Dienst Cultuur, 2005. Prijs: € 14 exclusief verzendkosten
Bestellen: Dienst Cultuur, Groenplein 1, B-3500 Hasselt
Telefoon: 0032-11-23 95 28 Fax: 0032-11-23 95 36 e-mail: cultuur@hasselt.be
De Belgische provincie Limburg kent dankzij de ligging nabij Luik, Maastricht en het Rijnland een zeer afwisselend historisch orgelbezit. Orgels van Severijn, de orgelmakersdynastie Le Picard en hun opvolgers (Luik), Binvignat en Pereboom & Leijser (Maastricht) en orgels uit de school van Kornelimünster (Brammertz, Gilman en hun opvolgers) staan garant voor buitengewoon kleurrijke orgelklanken. Helaas zijn vele orgels in deze aantrekkelijke streek in de loop der tijd onherkenbaar gewijzigd en niet dikwijls verwaarloosd. Inmiddels is doorgedrongen dat dit waardevolle culturele erfgoed een beter lot verdient en zo zijn er de afgelopen twee decennia interessante orgels gerestaureerd c.q. nieuw gebouwd, bijvoorbeeld in de steden Sint-Truiden (Begijnhofkerk, O.L.V.-kerk) en Tongeren (O.L.V.-basiliek, Sint-Jan), maar ook diverse belangwekkende historische orgels in dorpskerken zijn aan een tweede leven begonnen. De meeste van deze werkzaamheden zijn uitgevoerd door Limburgse orgelmakers (Jos Moors, Marc Nagels, Filip Nijs, George Verschueren) dan wel door orgelmakers uit het naburige Wallonië (Guido Schumacher, Dominique Thomas). Waar in Nederlands Limburg vrijwel alle historische orgels inmiddels op kundige wijze zijn gerestaureerd wachten in het Belgische deel nog vele orgels op rehabilitatie. Niet zelden worden daarbij opzienbarende ontdekkingen gedaan. De orgels in de Euregio Maas-Rijn mogen zich mede door het opgebloeide orgellandschap in Belgisch Limburg verheugen in een toenemende belangstelling, getuige het feit dat zowel de International Society of Organbuilders (ISO) als de Gesellschaft der Orgelfreunde (GdO) hun congressen in deze streek hielden (respectievelijk in 2004 en 2005).
Ook in de Limburgse jenever- en provinciehoofdstad Hasselt heeft men de afgelopen jaren niet stil gezeten op orgelgebied. Zo herbergt de stad sinds 1985 een orgel van Cavaillé-Coll en werden de afgelopen jaren enkele belangrijke orgels gereconstrueerd, waaronder het monumentale Binvignat-orgel van de Sint-Quintinuskathedraal. Alle orgels van dit aangename stadje, dat slechts dertig kilometer ten westen van Maastricht ligt, zijn beschreven in een kleurrijk en zeer verzorgd boekwerk. Michel Lemmens, die als orgeldeskundige als geen ander vertrouwd is met het orgelbezit van de streek, beschrijft hierin niet alleen alle orgels, maar geeft ook veel achtergrondinformatie over de orgelgeschiedenis van de stad.
Het boek opent met goed gedocumenteerd verhaal over de Hasseltse orgelgeschiedenis. Een mijlpaal vormt de totstandkoming van het Niehofforgel in de Sint-Quintinuskerk in 1592-93. Een belangrijke hoeveelheid van het pijpwerk werd door de Maastrichtse orgelmakers Binvignat & Houdtappel hergebruikt in hun nieuwe orgel, dat in 1793 werd voltooid. Lemmens gaat kort in op het monumentale Le Picard-orgel van de abdij Herkenrode (nabij Hasselt), dat in 1744-46 tot stand kwam, maar in 1804 verhuisde naar de Sint-Michielskerk in Leuven, waar het in 1944 verwoest werd. Interessant is het hoofdstukje over nieuwe bestemmingen voor orgels uit opgeheven kloosters, dat in kort bestek laat zien hoe complex de orgelgeschiedenis kan zijn. Aansluitend wordt de negentiende eeuw behandeld, met daarin aandacht voor onder meer de orgelmakersfamilie Ruef uit Sint-Truiden. Vooral voor de Hasselaren is het aardig dat er specifiek aandacht wordt besteed aan lokale musici en de totstandkoming van de Limburgse Orgel- en Zangschool in 1916, die uiteindelijk is opgegaan in de Stedelijke Muziekacademie van Genk. De beschrijving van de Hasseltse orgelgeschiedenis eindigt met de vermelding van het Cavaillé-Collorgel van de Heilig-Hartbasiliek en een opsomming van recente restauraties.
De kern van het boek wordt gevormd door een inventarisatie van alle orgels in Hasselt, vierentwintig in getal. Daarbij wordt een scheiding gemaakt tussen orgels binnen de kleine ring (in de binnenstad dus), orgels tussen de kleine en de grote ring en orgels buiten de grote ring. De beschrijvingen zijn helder opgebouwd: eerst wordt de geschiedenis behandeld en daarna volgt een beschrijving met daarin de dispositie, toonhoogte en temperament (stemming), soms gevolgd door overige bijzonderheden. De orgels binnen de kleine ring krijgen veel ruimte toebedeeld, maar dat is logisch gezien de complexe historie van de orgels in de Sint-Quintinuskathedraal (Binvignat & Houdtappel 1793, reconstructie Schumacher 2002) en de Virga-Jessebasiliek (Clerinx ca. 1860, oorspronkelijk in Antwerpen, sinds 1952 in Hasselt, reconstructie Nijs 2003). In het hoofdstuk over orgels tussen de kleine en de grote ring wordt het Cavaillé-Collorgel in de Heilig-Hartbasiliek (1878, sinds 1985 in Hasselt, gaaf bewaard) uitgebreid voorgesteld. Het hoofdstuk eindigt met de beschrijving van het Jorisorgel (1946) in de Sint-Hubertuskerk in de wijk Runkst, een typisch voorbeeld van verval. Van de orgels buiten de grote ring is vooral het orgel van de Onze-Lieve-Vrouw-Bezoekingkerk in het kerkdorp Godsheide interessant. Het orgel dateert van 1869 en is gebouwd door Peter-Jan Vermeulen te Weert. In 1998 voltooide Guido Schumacher een geslaagde restauratie. Het orgel van Jos Moors en Herman Wouters in de Sint-Niklaaskerk in Wimmertingen (1993) is een fraai voorbeeld van de herleving van de traditionele orgelbouwkunst in Belgisch Limburg. Het orgel van de Sint-Gertrudiskerk in Kuringen, gebouwd door Theodoor Smet uit Duffel in 1841, wordt momenteel gerestaureerd en gereconstrueerd door Dominique Thomas en zal in de loop van dit jaar in gebruik worden genomen. Lemmens beschrijft de toestand zoals die na de restauratie zal zijn.
Achterin het boek vinden we een personenregister en een register van kerken, kapellen en concertzalen. Binnenin de uitklapbare omslagen zijn kaarten opgenomen van Groot-Hasselt (de gehele stad) en van de Grote Ring (het centrum).
Het boek geeft een uitstekend overzicht van de actuele orgelsituatie in Hasselt. Het siert de uitgever dat ook voor minder interessante orgels plaats is ingeruimd. Zo kan de lezer een eerlijk beeld vormen. Michel Lemmens heeft de vele gegevens op een heldere manier geordend. Zijn langere tekstbijdragen zijn zeer lezenswaardig.
Stadsfotografe Annemie America leefde zich uit door sommige orgels vanuit minder voor de hand liggende invalshoeken vast te leggen op de gevoelige plaat, overigens niet altijd met evenveel succes. Van alle orgels zijn een of meerdere kleurenfoto’s opgenomen, die doorgaans zeer behoorlijk zijn afgedrukt. Zo komt ook de meer visueel ingestelde orgelliefhebber ruimschoots aan zijn trekken. De vormgeving is uitbundig te noemen en doet in menig opzicht nogal onrustig aan, vooral in de orgelbeschrijvingen. De uitgave mag echter met recht royaal genoemd worden. Daarmee sluit het boek uitstekend aan op de Bourgondische sfeer van de binnenstad.
Wie een orgelreis wil maken naar Hasselt en omgeving kan niet zonder dit boek. Voor de dispositieverzamelaars is het boek eveneens onmisbaar, zeker gezien het feit dat een complete inventarisatie van het Limburgse orgelbezit nog wel even op zich zal laten wachten.
Tegelijk met het boek verscheen een cd met werken van Hasseltse componisten, uitgevoerd door Hasseltse musici. Deze CD werd opgenomen in de Sint-Quintinuskathedraal door de Vlaamse klassieke radiozender Klara in de reeks Visionair (Flemish Organ Treasures vol. 3). Hierbij staat het in 2002 gerestaureerde Binvignat-Houdtappel orgel van de Sint-Quintinuskathedraal in de kijker, bespeeld door organist Johan Hermans. De koormuziek wordt verzorgd door het Kamerkoor Maastricht en het Hasselts Kathedraalkoor, onder leiding van dirigent en componist Ludo Claesen. De rode draad van deze CD wordt gevormd door de Hasseltse Virga Jessefeesten, die om de zeven jaar plaatsvinden: zoals die al vele eeuwen de inspiratie vormen voor Hasseltse kunstenaars, zo werd ook alle muziek gekozen in het kader van deze feesten. De CD bevat ook de eerste opname van de speciaal gecomponeerde mis “Ave Virga Jesse” van Ludo Claesen. [ERIK VAN DER HEIJDEN]
© 2006 orgelnieuws.nl