RECENSIE Chaconne 1927 – Mona Hartmann Walcker-orgel St. Antonius Papenburg

mona hartmann chaconne 1927

‘Chaconne 1927’ is de originele titel van deze productie. Alleen al de fraaie voorkant in Jugendstil trekt je meteen deze wereld binnen. Het jaartal 1927 verwijst naar het orgel waarop wordt gespeeld: het monumentale Walcker-orgel, dat na jarenlange opslag door Orgelbau Seifert uiteindelijk een nieuwe thuis vond in de St. Antoniuskerk in Papenburg.

Text Example

advertentie



Mona Hartmann opent haar debuutalbum met de Chaconne BWV 1004 van Johann Sebastian Bach, in een bewerking van Arno Landmann uit – inderdaad – 1927. Dit arrangement valt op door de combinatie van subtiele klankkleurnuances en de dynamische overgangen uit de romantische traditie.

Overtuigend

De klank van het orgel wijkt in dit werk af van wat we bijvoorbeeld in Doesburg nog kunnen horen. De fluiten klinken helder en transparant, eerder dan dat ze versmelten, terwijl de prestanten meer uit de laatromantiek lijken te komen. De tongwerken staan iets losser van de labialen.

Op historische opnames uit Gelsenkirchen – de vorige locatie van het instrument – klonk het orgel, hoewel door de jaren heen aangepast, als een meer homogene eenheid. Desondanks weet Mona Hartmann het werk overtuigend neer te zetten: helder in dictie, precies in toucher en ademend in tempo.

Evenwicht

Healey Willans Introduction, Passacaglia and Fugue uit 1916 – het bouwjaar van het Walcker-orgel in Doesburg – is een uitstekend werk om de romantische wortels van het instrument te belichten. De vertolking is groots, met een zorgvuldig evenwicht tussen bedachtzaamheid en vuur.

Het plenum aan het slot van de fuga doet denken aan de klankwereld van Walcker en Steinmeyer, al heeft de windvoorziening een merkwaardige eigenschap: bij grote akkoorden is een lichte dip in de klank te horen, iets wat bij originele instrumenten uit die tijd niet voorkomt.

Absoluut hoogtepunt

De Chaconne van Johann Nepomuk David is een vroeg werk van de componist, die begin dertig was toen hij het schreef. De laatromantische invloeden zijn onmiskenbaar, maar Davids contrapuntische focus – met name de vele canonische elementen – onderscheidt zijn muziek duidelijk van bijvoorbeeld Karg-Elert.

Samen met het werk van Karl Höller vormt deze compositie een absoluut hoogtepunt van de cd. Orgel, compositie en interpretatie komen hier prachtig samen. De registratiekeuzes zijn bijzonder, met subtiele tongwerken en sprankelende aliquoten, klanken die een decennium later een nog grotere rol in de orgelbouw zouden gaan spelen.

Synthese

Het werk van Karl Höller is nog sterker dan dat van David een synthese van laatromantiek, oude meesters en Frans impressionisme. Opvallend is de zorgvuldige programmering van de cd: het geheel voelt als een doorlopend concert.

Dit werk heeft een speelsere toets dan de voorgaande stukken, en Mona Hartmann laat de opening bijna als een improvisatie uit haar vingers stromen – prachtig! De vorm (chaconne – fuga – chaconne) is klassiek, maar nergens voorspelbaar. Aan het slot keert de ritmiek van het begin terug, waarna de muziek eenstemmig eindigt: indrukwekkend!

Het meest indringende – maar ook meest beknopte – werk staat aan het einde: SjostakovitsjPassacaglia uit de opera Macbeth. De onverzettelijke vorm en harmoniek geven de sfeer van zowel de opera als de tijdgeest op indrukwekkende weer.

Veelbelovend

Het bijbehorende booklet is informatief en bevat fraai fotomateriaal, terwijl de opname technisch vlekkeloos is.

Deze debuut-cd smaakt naar meer!

Chaconne 1927

Bach: Partita Nr. 2 d-Moll BWV 1004 – 5. Chaconne (arr. Arno Landmann, 1927); Willan: Introduction, Passacaglia and Fugue; David: Chaconne a-Moll (1927); Höller: Ciacona Op. 54 (1949); Sjostakovitsj: Passacaglia from the Opera ‘Lady Macbeth of Mtsensk’

Mona Hartmann, E.F. Walcker-orgel Op. 2150 (1927), St. Antoniuskirche, Papenburg (D)

Aeolus – AE-11451, SACD, TT 69′, prijs € 19,99 | aeolus-music.com

Lees ook
RECENSIE Sigfrid Karg-Elert: Ultimate Organ Works Vol. 9