Om maar met de deur in huis te vallen: de boekjes van Priory zien er de laatste jaren veel beter uit. Tja, het oog wil ook wat. Ook dit cd’tje geeft een beetje de aardige indruk van een grammofoonplaatje. Dat idee heeft Priory helaas ook doorgetrokken naar de tijdsduur van het programma. Uit Carcassonne horen we een concert van ongeveer één uur. Van dit fraaie instrument had ik graag nog wel meer willen horen! Want fraai is het; bijzonder fraai zelfs.
Het lijkt erop dat Priory op pad is om nu instrumenten van tijdgenoten van de grote Cavaillé-Coll op te nemen. Recent verscheen bij Priory ook al Symphonic Acclamations and Gregorian Paraphrases; titulaire Matthieu de Miguel die het Puget-orgel (1888) van de Notre-Dame de la Dalbade te Toulouse bespeelt.
Puget (& Fils)
Vader Théodore (1799-1883) startte de orgelmakerij in 1834. Puget werkte voornamelijk in de regio Toulouse. Later werd het ‘Puget & Fils’. Zoon Eugène (1838-1892) nam het bedrijf over. Na diens dood zette Jean-Baptiste (1849-1940) de orgelmakerij voort. Verwarrend is dat hij zich om redenen van imago ‘Théodore’ noemde. Jean-Baptiste werkte ook in de regio Parijs.
Hoe is het verder gegaan? Tenslotte nam de zoon van Jean-Baptiste, Maurice, in 1922 de firma over. Maurice overleed in 1960 en daarmee kwam een einde aan de orgelmakersdynastie. De firma Puget heeft wel behoorlijk wat instrumenten nagelaten; in 1912 had men 180 nieuwe orgels gebouwd en aan 350 andere orgels gewerkt.
Het orgel in Carcassonne (46 sprekende stemmen) werd in 1875 door Théodore gemaakt in de bestaande oude kas. In 1997 is door Ormières (de titulaire van de St. Vincent) de stichting Amis de l ‘Orgue opgericht die zich heeft ingezet voor de broodnodige restauratie. In de jaren 2001 – 2005 heeft Jean Daldosso voor de prijs van € 550.000 het prachtige instrument inclusief kas en de bijzondere kleur van de kas in de staat van 1875 teruggebracht.
Puget vs Cavaillé-Coll
Het is altijd lastig om klanken in woorden te vangen. Wat is het verschil tussen een nagenoeg originele en forse Puget en een Cavaillé-Coll? Laten we vooropstellen dat ook de ene Cavaillé-Coll niet de andere is … Perpignan of Rouen: ook dat is immers een wereld van verschil. Maar de instrumenten uit het huis van Puget zijn toch werkelijk bijzonder.
Om er toch maar wat woorden aan te geven: wat een romige, omfloerste klanken, wat een poëzie en ook: wat een fraaie individuele registers! Rilke heeft geschreven dat roem de som der misverstanden is, die zich rond iemands naam groeperen. Nee, de roem die Cavaillé-Coll geniet beschouw ik zeker niet als een misverstand, maar het nagenoeg ontbreken van roem voor een orgelmaker als Puget toch wel. Het instrument uit Carcassonne moet je als liefhebber van Franse orgelromantiek toch echt in je collectie hebben.
Eigen stempel
Ormières is heel vertrouwd met zijn instrument. Hij maakt subtiel gebruik van de jaloezieën. Op Francks Grande pièce symphonique zet hij binnen de lijnen van de partituur een heel eigen stempel. Niet iedereen zal het waarderen, maar ik kan genieten van de ritselende mechaniek die je op de overigens fraaie opname hoort.
Als je gewend bent een cd als een concert te draaien (dat kan niet bij elke cd), dan is dit een prachtige plaat. Het is een afgewogen programma (en daarom misschien een beetje kort?), dat als een uitgekiend menu smaakvol geserveerd wordt. Houd Priory met Puget in de gaten!
Clair-Obscur
Guilmant: Marche sur un thème de Haendel op. 15 no. 2; Franck: Grande pièce symphonique; Vierne: Hymne au soleil op. 53 no. 3; Claire de Lune op. 53 no. 5; Carillon de Westminster op. 54 no. 6
Henri Ormières, Puget-orgel, Église Saint-Vincent, Carcassonne (F)
Priory Records – PRCD1212, TT 60’62, booklet 12 p. (F), prijs £ 11,99 | prioryrecords.co.uk