Samen met Jean Guillou zou ze dit jaar een concert geven in de Rotterdamse Laurenskerk, maar de Parijse maestro overleed op 26 januari 2019. Nu komt de Slowaakse organiste Zuzana Ferjencíková op 5 juni aanstaande naar de Laurens voor een soloconcert ter herinnering aan haar grote leermeester. ORGELNIEUWS stelde haar tien plus drie vragen over Jean Guillou, zijn werk, zijn invloed en nalatenschap, de integrale die Ferjencíková van zijn orgelwerk is gestart en het komende concert.
Zuzana Ferjencíková (*1978) is organist, pianist en componist. Ze studeerde onder meer in Bratislava bij Ján Vladimír Michalko en in Wenen bij Peter Planyavsky. Haar studie bij en samenwerking met Jean Guillou is van grote invloed op haar geweest. Ze won vele prijzen op internationale concoursen. In 2004 was zij de eerste vrouw die het Internationale Orgelimprovisatieconcours in Haarlem won.
Als organist was ze verbonden aan de bendictijnerabdij Unser Lieben Frau zu den Schotten in Wenen. Ze heeft orgel en improvisatie gedoceerd aan het Conservatorium van Bratislava, maar geeft nu vooral masterclasses. Regelmatig heeft zij zitting in jury’s van internationale orgelconcoursen. Zuzana Ferjen?íková is oprichter en voorzitter van de Wiener Franz Liszt-Gesellschaft. Sinds 2015 woont zij in Zwitserland.
Als uitvoerend musicus heeft zij een voorliefde voor de romantische periode, in het bijzonder het werk van Franz Liszt. Maar ook in hedendaagse muziek heeft haar grote interesse, met name de composities van Jean Guillou waarvan ze vorig jaar op een integrale opname is gestart. Als componist schrijft ze voor orgel, piano en diverse bezettingen, alsook muziek voor de rooms-katholieke liturgie.
Hoe maakte u voor het eerst kennis met Jean Guillou?
Ik was 15 jaar oud toen ik de eerste opname van maestro Guillou hoorde dankzij zijn leerling Martin Kovarik. Voor een eenvoudige muziekstudent die destijds in een prachtig, maar arm en nog steeds gesloten land als Slowakije woonde, leek het me onmogelijk om hem een keer in mijn leven te bezoeken … Maar wonderen bestaan, alles veranderde een paar jaar later en ik mocht met de steun van Stichting Gerber naar de eerste masterclass in de Tonhalle in Zürich.
Ik herinner me dat ik de maestro en de stichting tevreden wilde stellen. Dus koos ik de enige Guillou-partituur die ik in Slowakije kon vinden: Scènes d’Enfant. Ik herinner me nog goed zijn lange eerste blik, die diep bij mij binnendrong …
Hoe was Guillou voor u als leraar en in welke aspecten van uw muzikaliteit had hij de meeste invloed?
We hebben niet veel met elkaar gesproken. Het ging vooral om intuïtie. Hij keek me aan en ik wist op de een of andere manier, meestal, wat ik moest doen … Hij leidde ons als leerlingen door de innerlijke weg, beter kan ik het niet uitleggen. Daarom heeft hij ook zoveel verschillende leerlingen met zulke bijzondere en prachtige muzikale persoonlijkheden.
Zijn grootste invloed was voor mij de kracht van de uitdrukking. De volharding van een interpreet om te zoeken naar echte schoonheid, getrouwheid en de verleidelijke verbeeldingskracht van interpretatie, net zo lang tot je die vindt. Zonder dat kan geen enkele musicus leven, denk ik.
Jean Guillou was een zeer veelzijdig musicus: hij was organist, pianist, interpreet, componist, transcribist, improvisator … Wat maakte hem zo bijzonder in al die aspecten?
In alle oprechtheid: hij was een échte artiest in alles wat hij deed, altijd zoekend, blij om te ontdekken en zich te verwonderen… Van de meest fantastische kunstwerken, van de meest complexe poëzie tot de allerkleinste wonderen in de wereld waarover hij zich kon verbazen, al die indrukken kon hij omzetten in kunst en schoonheid.
Zijn interpretatie van orgelliteratuur werd door velen gezien als zeer eigenzinnig of individualistisch. Wat vindt u hiervan?
Mag ik de vraag terugstellen? Moet dat niet de raison d’être zijn van elke echte musicus, elke echte persoonlijkheid en elke echte interpretatie? Zouden we ons ook afvragen of Vladimir Horowitz, David Oistrach of Herbert von Karajan niet ‘te veel’ individuele persoonlijkheid hadden? Wat zou de muziekwereld zijn zonder hen, zonder deze grootheden? En, wat zou de wereld van de orgelmuziek zijn zonder Jean Guillou?
U deelde met Jean Guillou een passie voor de muziek van Franz Liszt. Kunt u die voorliefde omschrijven?
In de muziek van Franz Liszt vind je de uitdrukking van elk menselijk gevoel, van het enorme dramatische tot het pure goede. Waarschijnlijk omdat hij dat zelf ook heeft doorleefd. Die absolute emotie en schoonheid, ik denk dat dat is wat Jean Guillou en ik deelden en wat we in de muziek zochten.
Anderzijds was Jean Guillou voor mij de Liszt van de twintigste eeuw. Zijn werk getuigt van de krachtige wil van de vertolker, door de virtuositeit en de rijkdom van expressie in zijn stukken en de visionaire richting van zijn muziek … tot aan de zachtmoedigheid en de goedheid naar de mensen om hem heen. Jean Guillou stond altijd klaar om te helpen, zoals ook Liszt zelf deed.
Wat is de invloed van Jean Guillou op de generatie musici na hem? Kan hij gezien worden als grondlegger van een bepaalde school van organisten?
Zoals ik al eerder zei, zijn er vele van zijn leerlingen die verschillende wegen zijn ingeslagen. Daaronder zijn fantastische organisten, componisten, dirigenten, vertolkers … Hij heeft zeker invloed gehad op iedereen die hem heeft ontmoet.
Maar als er een school is, dan is het de school van het zoeken naar de perfectie en schoonheid in de muziek, maar dan op een individuele manier. Zoals de Joodse traditie over de juiste leraar zegt: hij leidt de leerling alleen naar de deur van zijn hart. Niet verder.
Om welke aspecten van zijn (muzikale) nalatenschap moeten we Jean Guillou nooit vergeten?
We mogen hem nooit vergeten om het geheel van zijn oeuvre. Zijn moed om te zijn wie hij was. Hij was muziek, hij was overtuiging. Het zou een licht kunnen zijn in deze wereld van blinkende schijn.
In 2018 bracht u – nog tijdens zijn leven – het eerste deel uit van het volledige orgelwerk van Jean Guillou op het MD+G label. Hoe is het tot stand gekomen en is de maestro er op enigerlei wijze bij betrokken geweest?
Ik heb meerdere malen met hem samengewerkt. Daarin gaf hij mij een altijd een grote vrijheid. Hij wist dat ik op zoek ben naar de romantische interpretatie van zijn muziek. Toen maestro Guillou de eerste opname in Dudelange hoorde was er ontzettend blij mee en ook erg ontroerd. Het was een heel belangrijke troost in deze pijnlijke laatste maanden.
Zoals u al aangaf is het eerste deel opgenomen op het orgel in Dudelange. Hoeveel delen volgen er nog? Wat is de filosofie achter de keuze van de instrumenten en zal het orgel in de Saint-Eustache nog een rol spelen?
Zoals het er nu naar uit ziet zullen er negen cd’s verschijnen. Er zijn echter nog steeds vragen over composities en nog niet gepubliceerde manuscripten. Guillou werkte altijd aan zijn vroegere composities en corrigeerde ze, het zijn er vele … soms werd dit feit over het hoofd gezien door de uitgever, Edition Schott.
Na enkele jaren van interpretatie en analyse van zijn werk ben ik van mening dat maestro Guillou verbonden is met de post-romantische traditie. Daarom heb ik gekozen voor de romantische instrumenten die hij kende en waardeerde, maar ook voor orgels die bij zelf bespeelde. Hij heeft deze keuze met grote betrokkenheid en plezier geaccordeerd.
Ik zou zeker blij zijn als ook het instrument van de Saint-Eustache in de serie wordt opgenomen. Door verschillende omstandigheden was de eerst cd echter niet het moment om daar op te nemen. Het instrument in Dudelange was in overeenstemming met mijn visie.
Wat is volgens u de top 3 van de compositorische hoogtepunten uit het Guillou’s oeuvre?
Dat zijn zeker de orgelwerken Hypérion, Chapelle des abîmes en zijn Toccata. Voor mij persoonlijk douden het de Judith-Symphonie voor alt en symfonisch orkest zijn, Concerto 2000 voor orgel en symfonieorkest en Deux ballades ossianiques voor orgel (Temora en Selma). Helaas worden deze werken niet zo vaak gespeeld.
Op 5 juni geeft u een herdenkingsconcert in Rotterdam. Hoe kan een zo’n veelzijdig musicus als Jean Guillou in één concert herdacht worden? Hoe is het programma tot stand gekomen?
Dat is niet mogelijk. Om zo’n componist te herdenken zou je niet alleen een orgel nodig hebben, maar bijvoorbeeld ook een symfonieorkest, strijkkwartet, piano en meer instrumenten. Mijn concert is slechts een bescheiden poging om hem te eren. Het is voor mij niet gemakkelijk om dit concert, dat ik met mijn maestro gepland had, te spelen.
Voor het programma heb een dramaturgie samengesteld met een aantal hoofdpunten: een werk uit het begin van zijn œuvre, een uit zijn laatste periode, een van zijn favoriete werken uit de orgelliteratuur, die hij tijdens de laatste concerten speelde, en zijn laatste transcriptie. Daarnaast zal ik improviseren over een gedicht van Jean Guillou en ik speel een aan hem opgedragen compositie, Caresses de flamme, die ik onmiddellijk na zijn dood ben gaan componeren.
Het concert krijgt de ietwat mysterieuze titel ‘- draps noirs et orgues’. Kunt u dat uitleggen?
Dat zijn de eerste woorden uit maestro Guillou’s boek L’orgue, souvenir et avenir. De zwarte gordijnen [draps noirs] symboliseren het verdriet. De orgelklank, waar Maestro Guillou zo van hield, staat voor de toekomst en het leven, waar hij ook elke dag voor stond.
Welke persoonlijke herinneringen aan de maestro wilt u met ons delen?
Geen herinneringen, als ik mij mag excuseren. Voor mij leeft hij! Ik denk elke dag aan hem, zoals waarschijnlijk al zijn leerlingen en vrienden. We houden de herinnering aan hem leven als wij zijn partituren ter hand nemen, zijn woorden, zijn brieven lezen. Niet alleen door zijn muziek te spelen, maar ook door stil te staan bij een persoon, die altijd aan anderen dacht, die wist wat zijn vrienden nodig hadden, die altijd blij was om iemand van ons te zien, iedereen het gevoel gaf belangrijk te zijn, die nooit over iets en iemand anders oordeelde.
Ik zie zijn vriendelijkheid, geluk, waarheid, kracht en liefde voor de muziek en het leven. Ik wil hem graag laten leven, samen met al zijn leerlingen. Om hem te laten leven door zijn geweldige en prachtige oeuvre, dat gespeeld en geliefd zou moeten worden, om meer schoonheid in deze wereld te creëren.
Herdenkingsconcert Jean Guillou – Laurenskerk Rotterdam – woensdag 5 juni 2019 – 20.00 uur
Zuzana Ferjen?íková brengt een muzikaal eerbetoon aan haar leermeester Jean Guillou. Er worden verschillende kanten van Guillou belicht. Als componist, dichter, interpreet, improvisator en meester van de transcriptie. Daarnaast speelt Ferjen?íková eigen composities en improvisaties, opgedragen aan de Franse maestro. Dit alles op het hoofdorgel van de Laurenskerk waar Jean Guillou menig concert heeft gegeven.
Kaarten (inclusief een consumptie) € 12,50 in de voorverkoop of € 15 aan de kassa; kinderen t/m 12 jaar gratis.
Meer informatie en programma
stichtingvoxhumana.nl