Wilmink en Driessen winnen vierde editie Quintus orgelconcours in Kampen

hinsz orgel bovenkerk kampen
Hinsz-orgel Bovenkerk Kampen | © foto Dick Sanderman

Maarten Wilmink en Albèrt Driessen hebben vandaag het Quintus orgelconcours in de Bovenkerk te Kampen gewonnen. Het concours werd voor de vierde keer gehouden.

Text Example

advertentie



Eerdere concoursen vonden plaats in 2011 en 2013 in de Broerenkerk, en 2018 in de Bovenkerk. Deze keer waren er veertien deelnemers, verdeeld over de categorieën amateurs (12 tot 30 jaar) en conservatoriumstudenten. Vanwege de coronapandemie moest het concours tweemaal worden uitgesteld.

finalisten quintus orgelconcours 2021
De finalisten van het Quintus Orgelconcours, v.l.n.r. Wibren Jonkers, Maarten Wilmink, Jaap de Vos en Albèrt Driessen | © foto Dick Sanderman

Adjunct-directeur en organist Harry Hamer, die het concours namens Quintus Centrum voor Kunst en Kunsteducatie steeds organiseerde, was blij dat deze vierde editie uiteindelijk toch nog kon doorgaan, zij het met de beperkingen die Covid19 met zich meebracht: zo mocht elke deelnemer slechts één supporter meebrengen, ander publiek was niet toegestaan. Harry Hamer hoopt in oktober met pensioen te gaan: het organiseren van dit concours is een van z’n laatste wapenfeiten in dienst van Quintus.

Juryleden waren Sander van den Houten, Anton Pauw, Dick Sanderman en Hans Noordhof. De deelnemers speelden een vrij programma van ongeveer twaalf minuten, naar keuze op het Hinsz-orgel of op het koororgel van Reil. Dat leverde boeiende programma’s op, met opvallend veel eigentijdse werken van componisten als Daan Manneke, Jan Raas, Jacques van Oortmerssen en Margreeth de Jong.

Maar ook Alain, Schuurman en William Mathias waren vertegenwoordigd. Een Mendelssohn-sonate, Guilmant, tweemaal Reger, Tunder, diverse Bach-werken: jury en supporters kregen een gevarieerd menu voorgeschoteld. In de Bovenkerk komen tegenwoordig zo nu en dan stukken pleisterwerk uit het plafond naar beneden. Zijbeuken van de kerk waren daarom afgezet, om elk risico op neervallend plafond te voorkomen.

Als amateurs hadden zich elf deelnemers gemeld. Van hen werden er twee geselecteerd om in de finale één stuk nogmaals ten gehore te brengen. Luuk Schuurman, de winnaar van 2018 imponeerde met de complete 4e Sonate van Mendelssohn. Casper Struijk, vorig jaar nog finalist bij het Ambitus Concours in Rotterdam, maakte veel indruk met zijn vertolking van Buxtehudes Toccata in F en de Processional van Mathias. Kars Heijboer gaf een zeer muzikale uitvoering van het Cantabile uit de Sonate over Psalm 84 van Margreeth de Jong. Op het koororgel verrasten Jan Hogendoorn en Marijn Valk het publiek met composities van Daan Manneke.

koororgel bovenkerk kampen
Ook het koororgel van de Bovenkerk werd voor het concours ingezet | © foto Dick Sanderman

Als finalisten koos de jury Albért Driessen en Jaap de Vos. Jaap speelde – zoals altijd op sokken – een mooi drieluik van Bach over Herr Jesu Christ, dich zu uns wend: BWV 726, 655 en 709. In de finale herhaalde hij het trio BWV 655. Albèrt Driessen was ’s morgens de eerste speler met Nun ruhen alle Wälder van Jacques van Oortmerssen en de 2me Fantaisie van Alain.

Juryvoorzitter Sander van den Houten memoreerde in zijn toespraak het Bijbelwoord ‘Vele eersten zullen de laatsen zijn en vele laatsten de eersten’. Inderdaad waren de beide finalisten in de categorie amateurs de eerste en de laatste speler uit het programma. Driessen herhaalde in de finale zijn Alain en werd verdiend winnaar van de eerste prijs.

In de categorie conservatoriumstudenten waren er slechts drie deelnemers. Het reglement schreef voor dat ook hier slechts twee kandidaten zouden wordengeselecteerd voor de finale. Van die drie moest er dus één afvallen. Dat werd Gertine Hoefnagel, die op het koororgel een het Bach-koraal BWV 659 en een Spaanse Batalha had gespeeld.

Wibren Jonkers gooide hogen met het razend moeilijke Bach-koraal Jesus Christus, unser Heiland (BWV 688) en de originele Tango für Mineke van Jan Raas. Maarten Wilmink koos ervoor om beide orgels te bespelen: het slotdeel uit de 4e triosonate van Bach op het koororgel en het Intermezzo uit de 1e Sonate van Reger op de Hinsz. Hoewel de verschillen tussen beide finalisten klein waren, ging Wilmink toch met de eerste prijs naar huis.