‘Jongeren spelen geen orgel’

jongeren spelen geen orgel

‘De vraag naar kerkmuzikanten is hoog, maar het aanbod slinkt elk jaar. Jongeren spelen geen orgel’. Dat was vanochtend niet alleen in het Algemeen Dagblad te lezen, het haalde ook het KRO-programma ‘De Ochtend van 4’ op NPO Radio 4. 

Text Example

advertentie



 

In het AD-artikel komt de Overbergse organist Evert Davelaar aan het woord die zich rond de Kerstdagen ‘de benen uit het lijf rent’. Tijdens de ‘tiendaagse veldtocht’, zoals hij de drukke Kerstperiode noemt, is hij helemaal volgeboekt.

 

Animo

Ondanks de grote vraag naar organisten in deze tijd van het jaar constateert hij dat mensen niet meer zo warm lopen voor het orgel. ‘Jongeren al helemaal niet. Zij vinden het orgel oubollig’. Dat is volgens hem ook te merken aan de animo voor een conservatoriumstudie orgel. ‘Daar zitten vooral Japanners, Koreanen en Russen’.

 

Niet zo somber

Zo somber is het volgens Hans Beek, secretaris van de Koninklijke Vereniging voor Organisten en Kerkmusici (KVOK), niet, zo valt in het artikel te lezen. ‘Het orgel blijft populair. Orgelconcerten worden goed bezocht’. ‘Mensen die al jaren niet meer naar de kerk gaan, zitten aan de buis gekluisterd bij programma’s als Nederland zingt’ [zo’n 350.000 kijkers op zaterdagavond volgens Stichting KijkOnderzoek, red.].

 

Door kerksluiting is het tekort in het vergrijsde organistenbestand echter niet schreeuwend, aldus Beek. Al is er volgens hem ‘een groeiend aantal kleine dorpskerkjes waar geen organist meer speelt en dus maar een cd met orgelmuziek wordt aangezet’.

 

Hoe denkt u hierover?

Is het inderdaad zo somber gesteld met de Nederlandse organistenpopulatie en orgelcultuur, zoals Davelaar schetst, of deelt u het optimisme van de KVOK? Wij zijn benieuwd naar uw ervaring en uw mening…

 

Reageer bij voorkeur onder aan dit artikel

of mail naar redactie@orgelnieuws.nl

 

 

© 2014 fotografie Réne Troost, Middelburg

13 Comments

  1. Een aanvulling:
    De vraag is waarom jongeren geen orgel spelen. Dat komt door het imago van het orgel.
    Nee, ik zeg het verkeerd, het imago dat veel amateur-begeleiders van de samenzang het instrument bezorgen. Oubollig. Niet aansprekend voor de nieuwe generatie. En ook niet aanspreekbaar op hun spel.

  2. Het is vandaag een week geleden dat het bericht is gepubliceerd.

    En dit is dan ook voorlopig de laatste reactie van mij.

    Met het nieuwe jaar 2015 voor de deur hoop ik dat het probleem van de lage behandeling van professionele kerkmusici onderkend zal gaan worden door de kerken zelf. Zonder de schouders op te halen en zonder dit probleem weg te moffelen met zoethoudertjes van hoe goed het gaat in Nederland, hoop ik dat de toekomst van de professionele kerkmusicus en daarmee de kwaliteit van de kerkmuziek gewaarborgd blijft, en dat ze niet overruled worden door amateurorganisten.
    De professionele kerkmusici verdienen het, want ze voeren een prachtig vak uit. Onmisbaar in kerk en liturgie!

    Nederland let op u saeck!

    • Ik ben meer dan 40 jaar actief (geweest) in Den Haag e.o. Daar is geen sprake van een tekort aan organisten.
      Verder blijkt dat er een grote betrokkenheid is bij de activiteiten die de KVOK organiseert. Maandelijks worden de bijeenkomsten van de afdelingen Noord en Zuid van Zuid-Holland bezocht door meer dan 40 leden. Daarnaast ook door gasten.
      In ‘Noord’ waarvan ik secretaris ben laten wel 80 leden blijken betrokkenen te zijn.
      Dat zijn zelden beroepsorganisten. Zelfs op persoonlijke uitnodiging komen ze bijna niet opdagen. Sterker, er wordt vaak niet eens gereageerd op de uitnodiging. Wel zijn ze incidenteel bereid gastheer te zijn van bijeenkomsten. Hoe kunnen amateurs dan luisteren naar en leren van hun professionele collega’s. Wat kan de KVOK betekenen voor beroepscollega’s die afwezig zijn? En ondertussen steeds meer ’teleurgesteld’ afhaken. Steek de hand eerst in eigen boezem.

  3. Graag reageer ik op de reactie van dhr Beek inzake het tekort aan organisten.
    Je kunt ook je ogen sluiten voor de realiteit, denk ik dan. Anderzijds als er zo’n 350.000 mensen naar Nederland zingt kijken, snap ik die opmerking niet, die hebben met 350.000 maar 1 organist nodig, en al die kijkers zijn geen spelers.
    Ook het concertbezoek, ik heb jarenlang een kennis gehad die verstand van muziek had, ook al kon hij zelf niet spelen, maar hij had oren aan zijn hoofd en kon nauwgezet weergeven wie er goed speelde en ook hoe een orgel klonk zonder ook maar te kunnen spelen.
    De heer Beek spreekt puur over beroepsmusici. Ik denk dat er een redelijk aantal behoorlijk gevorderde amateurs zijn, buiten de beroeps mensen, en deze spelen regelmatig met meer passie dan de ‘beroeps’-mensen. Ik kende een beroepsorganist (hij leeft niet meer) die voor grote orkesten stond, zelf de grootste werken van Reger en Bach heeft vastgelegd, maar een gemeente begeleiden kon hij niet. Er is wel degelijk een tekort aan goed opgeleide organisten én bovendien aan organisten een kerkdienst kunnen begeleiden, want spelen, of begeleiden is een wereld van verschil.
    Als ik dan ook lees dat dhr. Beek zegt dat er ‘kerkJES’ zijn waar ze een cd draaien dan krijg je toch tranen in de ogen? Dat geeft aan dat er toch een tekort is.
    Toevallig vanmiddag speelde ik bij een viering in mijn kerk, na afloop maakte ik een praatje met een mij onbekende, die vertelde dat zijn broer verdienstelijk orgel speelt en zijn vrouw een preekbevoegdheid heeft. Zij worden beiden in kleine plaatsen uitgenodigd omdat ze dan een voorgangster én organist hebben. Het is maar hoe je het wilt hebben.
    Nee, ik vind de reactie van dhr. Beek onjuist.

    • Natuurlijk wordt er alleen maar gesproken over beroepsmusici, omdat het daar niet goed zit. Het verschil is dat amateurorganisten het puur voor de liefhebberij doen, en voor beroepsmusici is muziek van levensbelang. En ik spreek uit eigen professionele ervaring…
      Wat ik in Nederland wel eens tegenkom zijn amateurorganisten die denken een professionele mening te hebben, en veel kerken daar ook naar luisteren. ‘Want die speelt orgel, hij/zij zal er dan ook wel verstand van hebben’.
      En als het aantal professionele organisten minder wordt, wie luistert dan nog naar hen? Heel veel amateurorganisten hebben geen zin om te luisteren naar iemand die daadwerkelijk weet waar het over gaat. Want waarom is de dag van de KVOK over het nieuwe liedboek van begin oktober dit jaar afgelast? Omdat er te weinig aanmeldingen waren…
      En zolang de kerken daar geen paal en perk aan stellen dan heeft de amateurorganist de toekomst, met alle gevolgen van dien…

  4. Vooral in reactie op dhr. Van Manen en mevr. Hissink: ik denk dat er in ons land grote verschillen bestaan in al dan niet een organistentekort.

    In de plaatsen met één of meerdere grote reformatorische gemeenten is vaak sprake van juist een groot aanbod, soms zelfs zodanig dat kwalitatief goede organisten er niet tussenkomen en/of dat er zo’n groot aantal organisten in dienst is dat het voor de gemeentezang niet echt bevorderlijk is (elke organist met zijn of haar eigen manier van begeleiden, een organist achter de klavieren die eigenlijk te weinig routine heeft omdat die maar eens in de maand of 2 maanden speelt, etc.). Overigens weet ik ook van grote gemeenten die zich de luxe kunnen veroorloven een roulatie-systeem te hanteren: bijv. 3 jaar spelen en daarna een sollicitatieronde waarbij de dienstdoende organist(en) ook mee-solliciteren. Dat geeft enerzijds nieuw talent de kans zich te ontwikkelen, inspireert de gemeente bij het zingen én dwingt de huidige organisten te blijven studeren.

    Anderzijds weet ik uit eigen ervaring dat het in andere delen van ons land, veelal buiten de zgn ‘bible-belt’ totaal anders is. Allereerst in kerken waar men te maken heeft met een (snel) afnemend ledenaantal maar ook in kerken waar het aantal leden nog wel constant blijft, is daar de spoeling vaak dun of zelfs een wezenlijk te kort. Dan moet vaak een beroep worden gedaan op een naburige gemeente om diensten opgevuld te krijgen. Als naburige gemeenten mét organisten tenminste voor handen zijn …

    Ik weet niet of anderen dit ook signaleren? Maar het zou m.i. interessant zijn om te onderzoeken waar deze verschillen door komen. Er kunnen meerdere redenen voor zijn. Maar misschien nog wel veel wenselijker voor dit moment: hoe gaan we met deze bedreigingen én kansen om?

    • Een zeer goede reactie van dhr. Van der Male.

      Maar is het niet aan de kerken zelf om met ideëen te komen? En dat ze ook open staan voor het advies van professioneel geschoolde kerkmusici? Laat ze maar eens flink werken voor hun vakbekwame personeel!
      Heel veel kerkenraden interesseren zich niet in professioneel geschoold personeel. Ze weten wel dat de organist daar en daar zijn diploma’s heeft behaald, en dan kan men nog op zijn kop gaan staan om de kerkenraad aan het verstand te brengen dat kerkmuziek van groot belang is… Als de kerkenraad zich niet interesseert, dan maak je geen kans, ook als je al die jaren hard hebt gestudeerd voor een prachtig vak.
      Zelfs in gemeenten waar meer amateurorganisten zijn (en dito zeggenschap hebben en van de kerkenraad ook krijgen!) én één professioneel geschoold kerkmusicus aanwezig is, maakt men ook geen kans.
      Laten de kerkenraden (en de PKN!) zich maar eens bezighouden met dit probleem om de waardering van een professioneel kerkmusicus flink op te schroeven. Laat maar zien, PKN en kerkenraden, dat de professionele kerkmusicus er wél toe doet (status en honorering).

  5. Als een secretaris van de KVOK nog niet weet hoe het werkelijk is om als musicus in Nederland je brood te verdienen, dan is er iets grondig mis. Dit lijkt op dezelfde truc die de VVD onlangs uithaalde: eerst enorm bezuiningen op cultuur en vervolgens roepen dat er zoveel meer gebeurt dan vroeger, zichzelf op de borst trommelend… Om nog een voorbeeld te geven: waarom zie je her en der kamermuziekconcerten ontstaan? Omdat die musici in de orkesten geen vaste (of een te kleine) baan hebben en vervolgens van alles moeten doen om überhaupt nog brood op de plank te hebben. Ik sprak pas met een cellist die nu maar in musicals speelt omdat hij dan tenminste vrouw en kinderen kan onderhouden…. Andere zaken die meespelen zijn wat betreft de orgelwereld: 1. Het teveel aan concerten met lage honoraria. 2. De opleiding van de PKN die teveel op theorie en te weinig op praktijk gericht is. 3. Kerken die niet willen investeren in musici. 4. Organisten die zichzelf aan het werk houden door ruilconcerten te organiseren. 4. Kerken die verhuur als melkkoe zien zodat de eigen organist nauwelijks een serie met een eigen gezicht kan opzetten.

    Zoals Timo al aangeeft: het verschil met bijvoorbeeld Duitsland is schrijnend …

    Dit neemt niet weg dat ik met veel plezier een grote lespraktijk heb met enthousiaste en veel jonge studenten, een mooie kerk waar het goed werken is, en ook nog her en der mag concerteren. Misschien is het tijd voor een goede samenspraak van organisten onderling om eens te kijken wat er gezamenlijk bereikt kan worden? Plaatselijk en provinciaal bereik je met elkaar wellicht meer dan met landelijk opgezette cursussen, etc …

    • De reactie van Gerben Mourik vind ik zeer treffend en realistisch!

      Ik wil graag nog even verwijzen naar mijn verhaal op deze site over 10 jaar Orgelnieuws. Het is een verhaal met de gelijke strekking.

      Zelf wil ik er nog kort aan toevoegen dat een organisatie als de KVOK, die hele goede bedoelingen heeft (laat daar geen misverstand over bestaan!) zich meer richt op de amateurorganist en daarmee voorbij gaat aan ons professioneel kerkmuziekvolk. Het lijkt wel alsof de amateurorganist de toekomst heeft, het zijn meestal zeer welwillende vrijwillegrs, maar die willen zich ook niet altijd ‘vastbinden’ om iedere zondag te spelen, want ze hebben nog kleinkinderen, gaan heel vaak met vakantie enz.
      Ik heb daarom het lidmaatschap bij de KVOK opgezegd, omdat ik vind dat de KVOK zich niet bezighoudt met wat er daadwerkelijk gaande is in Nederland. De schijn wordt opgehouden dat het in Nederland allemaal zo goed gaat, maar schijn bedriegt…

  6. Het optimisme van de KVOK is niet realistisch. Het gaat niet om de hoeveelheid concerten of hoeveel mensen Nederland Zingt kijken. Mijns inziens is de bron van het probleem de kerken in Nederland zelf.
    In Nederlandse kerken werken veel vrijwilligers. Zo wordt ook een professioneel kerkmusicus behandeld. De kerken moeten gaan inzien dat een professioneel kerkmusicus geen hobby uitoefent, ‘zoals die meneer van 70 jaar die voor 5 euro een kerkdienst speelt’.
    Kerken zijn tegenwoordig onverschillig en ongevoelig voor kwaliteit. Men is al blij als iemand bij wijze van spreken met één vinger de gemeentezang begeleid voor een boekenbon. ‘Ach, dus u speelt ook orgel?’ ‘Nee mevrouw, ik heb kerkmuziek gestudeerd.’
    Deze amateuristische houding jegens een professionele kerkmusicus van de kerken moet maar eens afgelopen zijn.
    Dat was ook de uitkomst van een interview dat ik had bij de EO in 2008. Toen ging het over het Kaski-rapport van de PKN, de te lage status van de geschoolde kerkmusicus en de rol van de kerken. Er is sindsdien niets veranderd…
    Ik heb zelf ooit meegemaakt hoe een kerk zonder overleg met zijn kerkmusicus ingrijpende kerkmuzikale beslissingen neemt.
    Het wordt er niet leuker op in ons kikkerlandje, om nog maar van de moeilijkheidsgraad van het nieuwe liedboek voor amateurorganisten nog maar te zwijgen.
    Ik heb het wel gezien in Nederland en ben over de landsgrens aan het kijken, daar is het beter geregeld voor wat de status en het salaris.
    Weer een professioneel geschoolde kerkmusicus minder…. Tja, hoe zou dat nou komen?

  7. In Ede valt het allemaal wel mee! In onze reformatorische kerk hebben we 4 vaste organisten en 1 reserve. Die reserve is +/- 23 jaar oud, dus hij hoort nog bij de jongeren. De anderen hebben geen van allen de pensioengerechtigde leeftijd. Er zijn bij ons in de kerk nog meer organisten, waaronder 2 jongeren, die er niet meer tussen komen. Naar mijn weten is er in Ede geen enkele kerk met organistentekort!

  8. Ik begrijp ook niet waar het AD zijn nieuws vandaan heeft met betrekking tot het tekort aan organisten voor de kerst. Voor het eerst in mijn 43-jarige carrière als organist heb ik deze kerstmorgen geen dienst en ben ik ‘vrij’. En de telefoon staat niet roodgloeiend.

  9. ‘Ik heb een lespraktijk van zo’n 40 leerlingen, waarvan ongeveer zestien orgel. Zes orgelleerlingen zijn onder zestien en zijn uit eigen beweging met orgel begonnen. Eén komt nooit in de kerk, maar vond het een mooi instrument. Twee meiden van veertien en zestien speelden eerst piano, maar zijn later ook orgellessen gaan nemen. Leeftijden: negen – tien – elf – veertien – vijftien en zestien. Zo somber is het hier dus niet!
    Vroeger had ik inderdaad meer orgelleerlingen, maar die ik nu heb zijn gemotiveerder gemiddeld. Een tijdje terug leek er geen aanwas meer van jongeren te komen, maar dat heeft zich spontaan opgelost. Binnen mijn lespraktijk kunnen jongeren gemakkelijk overstappen van keyboard en piano naar orgel. Misschien dat dat scheelt. Ze mogen hier altijd op orgel spelen als ze willen (wat ik natuurlijk stimuleer) en soms neem ik ze mee naar een kerk, wat ze allemaal indrukwekkend vinden.’

Reacties zijn gesloten bij dit onderwerp.